Barbara Veldhuizen (41) is theesommelier en eigenaar van Teastreet.
‘Als marketeer bij Unilever en Albert Heijn was het altijd mijn droom een eigen merk op te bouwen. Een oud-studiegenoot ontwierp voor haar opleiding tot stylist een concept rond thee. Dat zag ik meteen zitten. Ik ben gestopt met mijn baan om het concept, Teastreet, samen verder te ontwikkelen. We hebben ons eigen spaargeld erin gestoken, en een jaar geleden zijn we begonnen met de verkoop.
‘We verkopen meer dan 120 soorten aan consumenten, horeca en ook bedrijven. Die investeren al in goede koffie, nu is thee aan de beurt. Als sommelier organiseer ik ook proeverijen. Thee is de enige niet-alcoholische drank die de smaak van gerechten kan versterken, zoals kaas en zelfs vis.
‘In de inkomsten zit een stijgende lijn. Per maand keren we onszelf 1.000 euro uit, de rest investeren we in de ontwikkeling van onze webshop, en nieuwe producten als cadeaupakketten en accessoires.
‘Mijn man is ook ondernemer. We leven vooral van zijn inkomen. We wonen in een jarendertighuis in Amstelveen, voor 1.300 euro per maand.
‘Vakantie is voor ons heilig. Afgelopen winter hebben we twee weken met onze drie kinderen door Singapore en Thailand gereisd. Dat zal 6.000 à 7.000 euro hebben gekost. Deze zomer zijn we naar Italië gegaan.
‘We gaan ook graag uit eten. Laatst hebben we in een workshop gekookt en geluncht bij Aan de Poel in Amstelveen. Daarop hadden we tijdens een veiling 1.000 euro geboden. De opbrengst gaat naar een goed doel.
‘Natuurlijk besteden we ook geld aan de kinderen. Zo kreeg ons jongste kind laatst een roze driewieler voor haar verjaardag. Die kostte 80 euro. En onze twee zoons zijn deze zomer op sportkamp geweest. De ene een week naar het Ajax Camp voor 364 euro, de ander drie dagen op een hockeykamp voor 175 euro.
‘Nu ik zelf wat minder verdien, geef ik ook minder snel geld uit aan mezelf, bijvoorbeeld aan kleren. Niet dat ik er armoedig uitzie. Als ik iets nodig heb, koop ik wel iets moois.’
Elsevier nummer 35, 29 augustus 2015