Over de vertrekregeling van de Belastingdienst zijn ‘te haastig en onzorgvuldig’ besluiten genomen. De vrijwillige vertrekregeling rammelde aan alle kanten, en dat het niet zo gemoeten.
Dat schrijft staatssecretaris Eric Wiebes (VVD) van Financiën dinsdag in een brief aan de Tweede Kamer.
Wiebes reageert in de brief op aanhoudende Kamervragen van CDA-Kamerlid Pieter Omtzigt.
70 miljoen euro extra kosten
Doordat de Belastingdienst een vernieuwing ondergaat, is er binnenkort voor ongeveer 5.000 man geen werk meer. Ook heeft de fiscus ongeveer 1.500 nieuwe mensen nodig met ‘andere competenties’. Zo’n uitstroom gaat niet vanzelf, schrijft Wiebes, dus werd er besloten een vertrekregeling op te zetten.
Na de aankondiging bleek de vertrekregeling veel populairder dan verwacht, wat op bepaalde afdelingen zelfs tot leegloop leidde. In eerste instantie dacht de Belastingdienst moeite te hebben zo’n 5.000 werknemers te laten vertrekken, maar uiteindelijk meldden 7.800 vrijwilligers zich. In antwoord op eerdere Kamervragen, schreef de staatssecretaris nog dat 7.820 medewerkers zich aanmeldden voor een gesprek over de vertrekregeling maar dat dat ‘niet betekent dat al deze mensen automatisch zullen besluiten daadwerkelijk gebruik te maken van de regeling’.
Volgens Elsevier
Syp Wynia: ‘Nee, niet nog meer ‘investeren’! Verlaag de belastingen
De Belastingdienst moet zichzelf waarschijnlijk een miljoenenheffing opleggen door het gerommel rond de vertrekregeling. Duizenden oud-medewerkers zijn zomaar vertrokken, wat de Belastingdienst waarschijnlijk 70 miljoen extra gaat kosten, meer dan 10 procent van de totale reorganisatievoorziening.
Zestigpluscategorie
Van de medewerkers die zich aanboden, vallen 4.000 in de zestigpluscategorie. Daarom moet de Belastingdienst zichzelf een boete opleggen van tientallen miljoenen: de fiscus beboet bedrijven die werknemers vlak voor hun pensioen laat vertrekken, bijvoorbeeld in een reorganisatie. De Belastingdienst in zijn huidige vorm sowieso een ‘grijze organisatie’: de gemiddelde leeftijd binnen de fiscus is 53 jaar.
Zoals uit onderstaande tabel blijkt, kwam de meerderheid van de geïnteresseerden uit de leeftijdscategorieën van boven de 40 jaar, waarbij vooral de cohorten 50-54 jaar en 55-59 jaar eruit springen.
Centrale fouten
Uiteindelijk moest de aanmeldingstermijn worden verkort om complete leegloop te voorkomen. ‘De besluitvorming is niet acceptabel en mag niet meer voorkomen,’ besluit Wiebes.
De staatssecretaris constateert zelf twee centrale fouten van de Belastingdienst: de vertrekregeling was achteraf gezien veel te aantrekkelijk gemaakt voor medewerkers, en er was geen maximumaantal vrijwilligers vastgelegd van te voren.