Waarom het niet goed gaat met de Nederlandse industrie
De TelegraafRecent maakte het Amerikaanse chemiebedrijf LyondellBasell bekend dat er een reorganisatie komt bij de fabriek op de Maasvlakte in de Rotterdamse haven.
Over het voortbestaan van de Rotterdamse haven maakt een Rotterdams raadslid zich in De Telegraaf ernstig zorgen:
‘Er zijn al honderden banen verloren gegaan bij bedrijven die producties stopten of helemaal vertrokken uit de haven. Binnenkort volgen er helaas meer. Er is voor het kabinet echt met spoed werk aan de winkel, anders vertrekken er straks nog meer bedrijven en verliezen duizenden mensen hun baan.’
Eerder waarschuwde Deltalinqs, de ondernemersvereniging van bedrijven in de Mainport Rotterdam, voor verslechtering van de positie van de haven. In een brief aan de Tweede Kamer sprak voorzitter Victor van der Chijs al over mogelijke ‘de-industrialisatie’:
‘Hoofdkantoren investeren niet in Nederlandse bedrijfslocaties als er te weinig zicht is op toekomstig rendement en stabiliteit, zeker als investeringsprojecten op wereldschaal met elkaar worden vergeleken.’
Niet alleen in Rotterdamse haven heeft industrie het moeilijk
Intussen liet Dow Chemical, dat ook in Nederland actief is, weten dat er wereldwijd 1.500 banen op de tocht staan. Bovendien stelt het bedrijf het onderhoud uit aan één van zijn fabrieken in Terneuzen.
En dat terwijl een onderhoudsstop het moment bij uitstek is om een fabriek te vernieuwen en verduurzamen. Een slecht teken dus. Bovendien heeft uitstel ook negatieve gevolgen voor toeleveranciers.
Nederlandse industrie krimpt
De Nederlandse industrie krimpt al twee jaar. Bedrijven stellen hun investeringen uit vanwege diverse factoren.
Zo zijn de energieprijzen in Nederland hoog, net als de netkosten. Door het overvolle stroomnet kunnen de industriebedrijven moeilijk vergroenen. Bijna driekwart van de verduurzamingsprojecten valt om deze reden niet voor 2030 te verwezenlijken.
Ook vanwege de stikstofproblematiek investeren bedrijven even niet in schonere fabrieken.
Bovendien past Den Haag Europese regels strenger toe dan noodzakelijk. De industrie in Nederland betaalt bijvoorbeeld nog een extra CO2-heffing.
EW’s visie: Den Haag moet zetje in juiste richting geven
Lotte Elbrink, redacteur ondernemenHet voortbestaan van de Rotterdamse haven is niet direct in gevaar, en de grote industrie zal er niet zo snel verdwijnen. Maar met de hoge energie- en netkosten, CO2-heffing, netcongestie, regeldruk en stikstofproblematiek is er wel sprake van een giftige cocktail waardoor bedrijven niet meer investeren. En dat is schadelijk voor het concurrentievermogen van Nederland.
Voor een gezonde economie is het belangrijk dat de productiviteit omhooggaat. De industrie moet daarom blijven investeren in vernieuwing en verduurzaming. Zodat de Rotterdamse haven in de toekomst ook nog een leidende positie heeft in de duurzame industrie.
Een eigen industrie maakt Nederland ook onafhankelijker van China en de Verenigde Staten.
Den Haag zou een zetje in de juiste richting kunnen geven. Door iets te doen aan de hoge energieprijzen en niet langer strenger te zijn dan Europese regelgeving vergt.
Ook moet het stroomnet zo snel mogelijk worden uitgebreid. Minister Sophie Hermans (VVD) van Klimaat en Groene Groei stuurt een wetswijziging naar de Raad van State om uitbreiding van het stroomnet te versnellen. Ook wil de minister dat het mogelijk wordt om projecten aan te wijzen als ‘zwaarwegend maatschappelijk belang’.
Verdere verdieping
ING voorspelt dat de Nederlandse industrie na twee moeizame jaren in 2025 weer gaat groeien. Dat is vooral te danken aan aantrekkende consumentenbestedingen, een grotere vraag naar chipmachines en de snelgroeiende farmaceutische industrie. Het rapport vindt u hier.
EW interviewde onlangs energiedeskundige Remco de Boer over de energietransitie: ‘Europa mist een drill, baby, drill-mentaliteit.’