FNV zet zichzelf steeds verder buitenspel

Foto: ANP

De FNV weigert met werkgevers te praten over de versoepeling van het ontslagrecht. Dat zegt vicevoorzitter van de vakbeweging Mariëtte Patijn.

Daarmee lijkt de kans op een sociaal akkoord tussen werkgevers en werknemers verder weg dan ooit. Voor werkgevers, vooral die in het MKB, is aanpassing van de doorgeslagen ontslagbescherming in Nederland een cruciaal punt.

Patijn wil best praten over andere knelpunten zoals de loondoorbetaling bij ziekte (nergens ter wereld moeten werkgevers zo lang, twee jaar, het loon van een zieke werknemer doorbetalen), maar  ‘Het aanpassen van de ontslagbescherming betekent alleen maar meer flex, dus daar beginnen we niet aan,’ zegt Patijn in De Telegraaf.

Wet Werk en Zekerheid werkt juist averechts

Patijn denkt hiermee kennelijk dat ze opkomt voor de belangen van de werknemers. Dat hoort een vakbond ook te doen. Maar veel werknemers met een flexibel contract schieten hier helemaal niets mee op. Integendeel. Werkgevers nemen geen mensen in vaste dienst, omdat het nog steeds veel te duur is om ze te ontslaan.

De in 2015 ingevoerde Wet Werk en Zekerheid van Lodewijk Asscher (PvdA), die de kloof tussen goed beschermde werknemers met een vast contract en flexwerkers moest verkleinen, werkt averechts. De werkgevers zeggen dat al tijden, en gezaghebbende instanties als het CPB en de OESO dringen al jaren aan op soepeler ontslagrecht, maar Patijn wil er niets van weten.

Wie vertegenwoordigt de FNV eigenlijk?

Het is te mal voor woorden. Want wie vertegenwoordigt de FNV nou eigenlijk? De oudere werknemer met een vast contract misschien. Maar niet de vele flexwerkers die nog steeds van het ene naar het andere bedrijf hoppen omdat ze vanwege het rigide ontslagstelsel nergens een vast contract krijgen.

De bond zegt ruim 1 miljoen leden te hebben. Zo’n 8,5 miljoen Nederlanders werken. Dus het gaat om zo’n 12 procent van de beroepsbevolking. Conclusie: de FNV heeft een onevenredig grote stem aan de onderhandelingstafel.

Supermarktketen Jumbo besloot dit voorjaar, na eindeloos gedoe over een nieuwe cao voor personeel in de distributiecentra, om geen cao met de bonden meer na te streven en met de eigen ondernemingsraad te onderhandelen over de salarissen. Het zou best kunnen dat andere bedrijven dit voorbeeld gaan volgen.

De vakbeweging zet zichzelf steeds verder buitenspel. Met zo’n halsstarrige houding is dat ook niet verwonderlijk.