Iedereen kent TNO, maar wat doen ze daar precies? EW keek mee in de labs waar innovatie en ondernemerschap samenkomen.
‘Bij wie komt dit terecht?’ Van de vele kwesties waarmee werknemers van TNO zich dagelijks bezighouden, is die vraag met afstand de meest gestelde. Gevolgd door varianten als: ‘Wie heeft hier wat aan?’ en: ‘Waar kunnen we dit kwijt?’
De Nederlandse Organisatie voor Toegepast-natuurwetenschappelijk Onderzoek (TNO) bemoeit zich met van alles, van ruimtereizen tot microbiologie tot quantumcomputers, maar één ding wordt principieel vermeden. Wetenschap om de wetenschap, dus zonder direct doel of effect: dat is aan TNO’ers niet besteed. Die materie laten ze graag aan fundamenteel onderzoekers aan universiteiten. ‘Wij willen impact,’ zegt CEO Paul de Krom (58). ‘Onze mensen willen dat er iets met hun onderzoek gebeurt.’
TNO slaat brug tussen theoretische kennis, bedrijfsleven en samenleving, zegt
TNO-CEO Paul de KromEn impact maakt TNO, want het is een unieke organisatie. Zij opereert in wat De Krom de valley of death noemt, de vallei des doods. Veel kennis die op universiteiten wordt opgedaan, wordt niet per se omgezet in iets praktisch, daarop is de universiteit niet gericht. En bedrijven investeren pas in een nieuw idee als ze er grote potentie in zien én er weinig kans is dat hun investering uitloopt op een flop. Zonder TNO als brug tussen deze twee werelden, zouden veel innovaties niet tot stand komen, in elk geval niet in Nederland. Zo begon TNO al in de jaren zeventig, na de oliecrisis, met onderzoek naar zonnepanelen en windenergie, decennia voordat die commercieel rendabel zouden zijn.
Contactloos betalen, zeven jaar voordat Apple ermee kwam
TNO komt in actie als voldoende vaststaat dat ergens behoefte aan is. In 1932 bij wet opgericht om met toegepast onderzoek de samenleving te dienen, werd de publieke organisatie in de afgelopen negen decennia een vertrouwde naam in de wereld van techniek en innovatie. Minder duidelijk is wat de ruim drieduizend medewerkers precies doen op de 25 vestigingen in binnen- en buitenland. Het bekendst zijn waarschijnlijk de kinderzitjestesten van TNO, zegt De Krom.
TNO was wereldwijd de eerste die een kinder-crash-test-dummy ontwierp, Pinocchio. Maar ze is ook verantwoordelijk voor het meten en wegen van de Nederlandse jeugd. Bijna nergens ter wereld gebeurt dat zo netjes als hier, zegt TNO, dat hoofdkantoor houdt in New Babylon naast Den Haag Centraal. Maar de organisatie testte bijvoorbeeld ook al in 2007 het contactloos betalen met een mobiele telefoon, zeven jaar voordat Apple dat product op de markt bracht.
‘Wij zoeken praktische oplossingen voor problemen waarmee overheid en bedrijven worstelen,’ vat De Krom samen. ‘Maar we zijn meer dan een klusbedrijf, onze kracht ligt in innovatie.’ Heel schematisch: TNO brengt universiteiten, overheid en commercie bij elkaar, voedt ze met levensvatbare toepassingen, en trekt weer verder.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."
Als recent voorbeeld noemt De Krom Brains4Corona. Toen aan het begin van de pandemie de testcapaciteit tekortschoot, ging bij TNO een team slimmeriken bij elkaar zitten en ontwikkelde de LAMP-coronatest. Die was sneller en goedkoper dan bestaande methoden. Van zulke inspanningen geniet De Krom, die in het eerste kabinet-Rutte namens de VVD staatssecretaris van Sociale Zaken was. ‘We konden echt even laten zien hoe wendbaar en flexibel we zijn.’
Laden…
Word abonnee en lees direct verder
Al vanaf €15 per maand leest u onbeperkt alle edities en artikelen van EW. Bekijk onze abonnementen.
Bent u al abonnee en hebt u al een account? log dan hier in
Verder lezen?
U bent momenteel niet ingelogd of u hebt geen geldig abonnement.
Wilt u onbeperkt alle artikelen en edities van EW blijven lezen?
Er ging iets fout