Op maandag 2 september openden de universiteiten officieel het academische jaar. Minister Eppo Bruins (Onderwijs, Cultuur en Wetenschap) woonde de opening aan de Erasmus Universiteit Rotterdam bij. ‘Er zullen bezuinigingen komen, ook op onderwijs.’
‘De opening is flink uitgelopen vandaag,’ zegt een medewerker van de Erasmus Universiteit Rotterdam (EUR) na de zitting van ruim twee uur in een broeierige aula. ‘Voorgaande jaren duurde de ceremonie nooit zo lang.’ Het is tekenend voor de tijdgeest: er staat echt iets op het spel voor de Nederlandse wetenschap.
De EUR had een vol programma, maar vooral de komst van de nieuwe minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap was bijzonder. Eppo Bruins (NSC) hield een toespraak over het belang van onderwijs en wetenschap, terwijl sprekers vóór hem juist hun zorgen hadden geuit over de nieuwe kabinetsplannen.
De openingsceremonie stond in het teken van de ‘kunst van verbinden’, maar de voorgenomen bezuinigingen op het hoger onderwijs en het snoeien in het Engelstalig onderwijs voerden de boventoon. Net als alle andere universiteiten maakt de Erasmus Universiteit zich grote zorgen.
Knokken voor het onderwijs
Ruim 1 miljard euro wil het nieuwe kabinet bezuinigen op het hoger onderwijs. Koepelorganisaties als Universiteiten van Nederland (UNL) waarschuwen dat deze ingrepen gelijkstaan aan het verlies van één grote of twee kleine universiteiten, wat de academische wereld hard zal treffen.
Luister ook onze podcast:
Protesten en bezuinigingen, het academische jaar begint
De aangekondigde bezuinigingen zullen, volgens UNL, de opleidingen van 300.000 jongeren in gevaar brengen en leiden tot het ontslag van 1.200 jonge wetenschappers. Deze wetenschappers waren juist in de afgelopen twee jaar aangesteld om de toegenomen werkdruk op de universiteiten te verlichten en Nederland zijn toppositie in de wereld te laten behouden op het gebied van innovatie en onderzoek.
‘Ik heb er geen geheim van gemaakt dat ik de bezuinigingen op onderwijs en wetenschap lelijk vind,’ zegt minister Eppo Bruins (54) tijdens de openingsceremonie aan de EUR. ‘Ja, er zullen bezuinigingen komen, maar juist in tijden van financiële krapte is het nodig dat iemand die de sector kent op die stoel zit en weet hoe waardevol onderwijs en wetenschap zijn.’ Bruins is zelf natuurwetenschapper met een lange academische carrière.
Het wegvallen van 1.200 banen noemt de minister zeer pijnlijk. ‘Dat heeft me niet onberoerd gelaten,’ zegt hij na afloop van de ceremonie. ‘Ik ga dan ook knokken voor het hbo en het mbo, maar zeker ook voor de universiteiten, want die worden door de bezuinigingen echt hard getroffen.’
Hoe de minister dat wil aanpakken, blijft vaag. Eerder is vanuit kringen rond het kabinet aan EW gemeld dat er, ten opzichte van het Hoofdlijnakkoord, wijzigingen ten gunste van de wetenschap zullen zijn.
‘Aan lekken doe ik niet, dus u zult moeten wachten op Prinsjesdag,’ zegt Bruins. ‘Dan komen de concrete plannen naar buiten, we zijn nog volop in gesprek hierover.’ Bestaat er een kans dat de universiteiten positief worden verrast op de derde dinsdag van september? ‘Ik sluit niets uit.’
Internationalisering tegengaan
Een andere prangende kwestie die tijdens de opening van het Rotterdamse academische jaar aan de orde werd gesteld, is de Wet internationalisering in balans (Wib), die het vorige kabinet al had voorgesteld. Deze wet moet het aanbod van Engelstalige bachelors terugdringen, evenals de instroom van internationale studenten. Dat is een grote wens van NSC van Pieter Omtzigt, de partij namens welke Bruins (een voormalig lid van de ChristenUnie) is benoemd in het kabinet. De invoering van de wet moet volgens het kabinet 293 miljoen euro opleveren.
Absoluut geen voorstander van die wet is Ed Brinksma (66), tot 1 september voorzitter van het College van Bestuur van de EUR, zegt hij op zijn laatste dag in zijn kantoor. ‘Nederland heeft een enorm tekort aan geschoolde werknemers in sommige branches. In dat kader is de boodschap die de Wib uitstraalt de verkeerde.’ Die schrikt mensen af, zegt de hoogleraar computer science, waardoor steeds minder talenten uit het buitenland hiernaartoe zullen komen.
Daarnaast voorziet Brinksma dat het tegengaan van de internationalisering zal leiden tot verarming van de wetenschap. ‘Vrijwel alle vakgebieden houd je alleen op sterkte als je ook buitenlandse studenten en buitenlandse krachten erbij betrekt.’
‘Bovendien kiezen veel Nederlandstalige studenten voor een Engelstalige studie omdat die een betere voorbereiding biedt op de toekomstige arbeidsmarkt. De aanwezigheid van buitenlandse studenten is daarbij heel belangrijk. Het gaat niet alleen om de taal, maar ook om de cultuur en om het van elkaar kunnen leren.’
Spannende tijd
Dat vindt ook Annelien Bredenoord (45), zittend rector magnificus aan de EUR en per 1 september de opvolger van Brinksma als collegevoorzitter. ‘Het is ook voor Nederlandse studenten goed om in aanraking te komen met een internationale lesomgeving.’
Ze wijst op recent onderzoek dat heeft aangetoond dat Nederlandse studenten zonder internationale ervaringen het meeste voordeel behalen uit een internationale studieomgeving. Ze werden er onder meer ruimdenkender en initiatiefrijker van, zegt ze tijdens haar speech, terwijl ze zich richt tot Bruins.
De combinatie van de bezuinigingen en een uiterst negatieve houding tegenover internationalisering baart de nieuwe Rotterdamse Collegevoorzitter grote zorgen, zegt ze later. ‘Uiteindelijk gaat iedereen in Nederland hier last van hebben. We zijn een kenniseconomie, die moet je niet slopen. Maar goed, zolang er niet zwart op wit grote bezuinigingen staan aangekondigd, houd ik hoop. Spannend vind ik het wel.’
Verbinden door bezuinigingen
Een van de vele zorgen over de aangekondigde bezuinigingen is dat interdisciplinaire samenwerkingen erdoor in gevaar komen. Terwijl de alfa-, bèta- en gammawetenschappen elkaar hard nodig hebben. ‘Ik ben bètawetenschapper in hart en nieren,’ zegt minister Eppo Bruins.
‘En ik heb tijdens mijn wetenschappelijke carrière ervaren dat al die harde bèta- en technologische kennis niks gaat doen voor de samenleving zonder duiding vanuit de alfa- en gammawetenschappen. Je hebt die verbinding nodig.’
Maar hoe verbind je in een tijd waarin er juist flink wordt gekort? ‘Dat is inderdaad de grote uitdaging, maar ik heb eerder grote bezuinigingen meegemaakt. Toen zag ik dat mensen elkaar juist wisten te vinden toen er weinig geld was. Ze waren niet meer elkaars concurrent voor al die potten geld, nu moesten ze het echt met elkaar doen met minder geld. Het kan dus ook een louterende werking hebben.’