Internetwarenhuis Amazon lanceert de Echo, een speaker die mensen kan verstaan en op commando informatie geeft en opdrachten uitvoert.
In Nederland worden computerassistenten niet veel gebruikt, terwijl de app Siri bijvoorbeeld al drie jaar op Apple-telefoons staat. Daar is een goede reden voor: Siri verstaat geen Nederlands.
Maar ook in de Verenigde Staten gebruiken maar weinig mensen de app om, hardop pratend in hun telefoon, te vragen waar het dichtstbijzijnde Chinese restaurant is. Te gênant misschien. Computerassistenten blijven zo een aardigheidje.
Frisdrank
Internetwarenhuis Amazon, dat zich de laatste jaren steeds meer ontpopt als een technologiebedrijf, kwam begin november met een apparaat dat de computerassistent nieuw leven moet inblazen. Het gaat om de Echo, een ronde speaker ter grootte van een literfles frisdrank die is aangesloten op het internet.
Als iemand in de buurt van de Echo het ‘wekwoord’ uitspreekt – ‘Alexa’ – begint hij te luisteren. Hij kan vragen beantwoorden als: hoe hoog is de Mount Everest? En: gaat het morgen regenen? Ook kan hij een boodschappenlijst bijhouden of muziek afspelen. Allemaal op gesproken commando.
Huishouden
Doordat de Echo is aangesloten op de ruim gesorteerde webshop van Amazon, biedt de Echo veel meer mogelijkheden en lijkt hij dus een groter succes te kunnen worden dan Siri. Op termijn zou het een soort HAL 9000, de supercomputer uit 2001: A Space Odyssey, kunnen worden, maar dan voor het huishouden.
De Echo kost 200 dollar (160 euro), is slechts op uitnodiging te koop, en alleen in de Verenigde Staten. Hij spreekt Engels. Wanneer hij in het Nederlands sprekend uitkomt, is niet te zeggen.
Bij Siri lijkt dat te gaan veranderen. Enkele maanden geleden zette Apple een vacature uit voor een Nederlandse ‘Siri-taaltechnicus’. Dan kan elke iPhonebezitter straks gewoon in het Nederlands tegen zijn telefoon praten.