Progressief Nederland ziet graag vrouwen aan de top, maar wel met de juiste politieke kleur. VVD-leider Dilan Yeşilgöz heeft een migratieachtergrond en is vrouw, maar past niet in het gewenste profiel. De klassieke feminist draait zich om in haar graf.
Het klassieke feminisme bestaat niet meer. Voor de emancipatie van vrouwen in de westerse wereld werd gestreden door een ijzersterke, politiek neutrale beweging. Eerst ging het om de gelijkheid voor de wet. Vrouwen waren in het Nederlandse recht tot 1956 handelingsonbekwaam (wel was eerder stemrecht aan vrouwen toegekend), daarna om gelijkwaardige sociaal-economische behandeling van mannen en vrouwen.
De strijd om vrouwenrechten veranderde de beschaving positief. De ongelijkheid was en is een schandvlek in de geschiedenis van de mensheid. De verschillen met de zogenaamde ‘nieuwe feministen’ zijn levensgroot. De nieuwe feminist roept: ‘Niet elke vrouw aan de top is vooruitgang’, zoals de kop van een opiniestuk in NRC luidde.
Geen echte vrouw
Deze stelling werd geopperd door Liza Mügge (universitair hoofdocent politicologie aan de Universiteit van Amsterdam) en Norah Schulten (postdoctoraal onderzoeker bij Push*Back*Lash bij de afdeling politicologie aan dezelfde universiteit). Voor deze vrouwen was Margaret Thatcher, de eerste Britse vrouwelijke premier, geen echte vrouw. Angela Merkel, de voormalige Duitse bondskanselier, was mogelijk wel een echte vrouw, vanwege haar ruimhartige vluchtelingenbeleid.
Mügge en Schulten vinden nog steeds dat ‘rolmodellen essentieel zijn voor de ontwikkeling van politieke interesse en ambitie van meisjes en jonge vrouwen. Er zijn nog altijd minder vrouwen dan mannen leider van een politieke partij, en vooral van grote partijen. Meloni en Le Pen normaliseren leiderschap van vrouwen in de politiek en dat is nodig.’ Was dat niet al genormaliseerd door Thatcher of Merkel en vele andere vrouwen?
Meloni en Le Pen zijn wel vrouwen, maar geen echte: ‘De winst van de partijen van Meloni en Le Pen is niet per definitie een voordeel voor vrouwen.’ Echte vrouwen zijn niet liberaal-conservatief of rechts. Is een vrouw dat wel, dan verdient ze geen politieke topfunctie.
Moet lid zijn van een links-progressieve partij
Hetzelfde probleem geldt voor nieuwe Nederlanders. De echte Nederlanders met een migratieachtergrond zijn aanhanger van GroenLinks-PvdA, D66 of een andere links-progressieve partij. De ideologische identiteit van een nieuwe Nederlander? Hij of zij moet voor ongecontroleerde immigratie zijn, een neerbuigende houding koesteren tegenover de islam en alsmaar ritmisch de discriminatieklaagzang herhalen.
Volgens deze richtlijn was Ayaan Hirsi Ali geen echte vrouw, en ook geen echte Afrikaan. Ondergetekende ontsnapt er evenmin aan. Ooit was er in een bestuurlijke context discussie over collega’s met een migratieachtergrond, waarbij mijn leidinggevende trots opperde dat zijn afdeling wel een medewerker met een migratieachtergrond in dienst had. Met ongeloof keken ze hem aan: Ellian? O ja, ik ben ook niet echt.
Toen Sigrid Kaag haar premiersambitie openbaarde, was progressief Nederland blij met deze echte vrouw. Hetzelfde deel van het land was niet echt blij met Dilan Yeşilgöz, al had zij een dubbel ‘voordeel’: kind van een politieke vluchteling en ook nog een vrouw. Maar geen echte vrouw. Die zit niet bij de VVD en bepleit geen streng immigratiebeleid. Vrouwen aan de top betekent: links-progressieve vrouwen aan de top.
De klassieke feministen zullen zich in hun graf omdraaien. De vrouw op zich bestaat niet meer, net zoals de immigrant op zich. Ze zijn onderdeel van een politieke identiteit. Als ze behoren tot de ‘verkeerde’ politieke identiteit, verliezen ze de wezenlijke eigenschappen van een vrouw of immigrant.
Vrouwvijandige ideologie
Mügge en Schulten voegen nog een argument toe: ‘Daarnaast leiden Meloni en Le Pen radicaal-rechtse partijen met traditionele standpunten over genderrollen. Gendergelijkheid in de samenleving en politiek zijn geen speerpunten van hun beleid. Het succes van radicaal-rechts voedt groeiende weerstand tegen gendergelijkheid in Europa. Dat is weer een voedingsbodem voor vijandig antifeminisme.’ Een kromme redenering. Deze vrouwen hebben zich nooit gekeerd tegen wettelijke en maatschappelijke verworvenheden van vrouwen. Ze zijn zelf een product daarvan. Dat zij het genderneutrale toilet afwijzen, betekent niet dat ze fundamentele vrouwenrechten willen inperken.
Een conservatieve vrouw die voor bescherming van familiewaarden is, is niet per definitie achterlijk. Toch moeten vrouwen die de toets van de progressieve genderpolitiek en (ongecontroleerde) immigratie niet doorstaan, worden uitgesloten van politieke topfuncties. Voor links-progressieven is de waarheid niet van belang als het gaat om vrouwen aan de top. Ze willen hun eigen ideologie aan de top. En in plaats van vrouwen die daarvoor een obstakel vormen, kunnen dan nog beter mannen met de juiste ideologie de top bezetten.
Klassieke feministen zouden het een vrouwvijandige ideologie noemen.