Voorzitter van koepelorganisatie Universiteiten van Nederland Caspar van den Berg beweerde onlangs in De Telegraaf dat universiteiten geen bolwerken van linkse ideeën zijn. Maar daarvoor levert hij geen bewijs. Het tegendeel is eerder waar, volgens studenten Nawin Ramcharan (Erasmus Universiteit Rotterdam) en Lloyd Leonard Opdam (Universiteit Utrecht) in dit ingezonden opiniestuk.
Volgens Van den Berg is er ‘volop diversiteit’ en ‘geen politieke vooringenomenheid’ in het wetenschappelijk onderwijs. Dat schreef hij vorige maand in De Telegraaf.
Zo’n opiniestuk klinkt geruststellend, maar een geruststelling is geen bewijs. Wie ‘aantoonbaar’ zegt, hoort feiten aan te dragen, en daar draait hij zich in zijn verhaal juist onderuit.

Van den Berg beroept zich wel op een ‘onafhankelijk onderzoek’ na een VVD-motie, en suggereert dat daaruit geen politieke bias blijkt. Hij doelt op het KNAW-briefadvies van 2018. Maar dat stuk mat geen politieke voorkeuren en bevatte geen kwantitatieve data.
De KNAW stelde juist dat over de politieke gezindheid van Nederlandse wetenschappers weinig bekend is, en waarschuwde dat er voortdurend aandacht nodig is voor diversiteit van perspectieven en voor academische vrijheid. Dat is precies het tegenovergestelde van het geruststellende beeld dat Van den Berg ervan maakt.
De cijfers zijn ronduit ongemakkelijk
Nadien zijn er wél cijfers gekomen, en die zijn ronduit ongemakkelijk. Uit de European Social Survey blijkt dat docenten in het hoger onderwijs zich op culturele thema’s als migratie, identiteit en klimaat significant linkser plaatsen (6,8) dan vergelijkbare beroepsgroepen (6,1). Nederland wijkt op dit punt zelfs sterker af dan andere Europese landen (6,0). Economisch waren de verschillen niet significant.
Tegelijk daalde volgens de Inspectie van het Onderwijs (2022) het percentage studenten dat zich vrij voelt om zich uit te spreken: van 86 procent in 2021 naar 70 procent in 2022. In 2023 liet het ministerie van OCW een onafhankelijk onderzoek uitvoeren door Technopolis naar zelfcensuur op universiteiten.
Dat leverde op dat een aanzienlijk deel van de academische gemeenschap zich beperkt voelt in de vrijheid van meningsuiting of publicatie. Van de onderzoekers meldde tussen 13 en 29 procent zulke beperkingen te ervaren. Onder docenten lag dat tussen 14 en 28 procent, onder studenten tussen 21 en 34 procent. Dit staat haaks op Van den Bergs uitspraak dat ‘andersdenkenden zeer welkom zijn’.
Rechts-conservatieve gastsprekers worden structureel geweigerd
Zijn bewijs voor ‘pluriformiteit’ is dat hij ooit pro-Zwartepiet-activiste Jenny Douwes uitnodigde voor een college. Dat is anekdotiek, geen bewijs. Pluriformiteit meet je met systematische data, en daarin zien we juist het tegendeel: rechts-conservatieve gastsprekers worden structureel geweigerd (tabel 1).
Zelfs vorige maand nog moest de Universiteit Utrecht de beveiliging opschroeven voor de komst van politicus Thierry Baudet (FVD).
Daarbij zijn voorbeelden van enkele conservatieve docenten die er rondlopen, geen bewijs van gelijkwaardige ruimte voor alle perspectieven. Zo leeft de Leidse hoogleraar en EW-columnist Afshin Ellian, die in het voorbeeld wordt genoemd, al jaren met persoonsbeveiliging.
Beveiligingsmaatregelen ondanks ‘Volop diversiteit’
Universiteiten rapporteerden daarnaast in totaal 59 concrete beveiligingsmaatregelen ter bescherming van bedreigde wetenschappers en medewerkers. Ook dit staat haaks op Van den Bergs schets dat er ‘volop diversiteit’ is.
Tabel 1: Gecancelde sprekers
| Gastspreker | Universiteit | Jaartal | Reden |
| Jordan Peterson | UvA | 2019 | Reputatie en veiligheidsrisico |
| Jordan Peterson | Erasmus Universiteit | 2022 | ‘Te controversieel’ |
| Nickie Pauw-Verweij (JA21) | Universiteit Utrecht | 2021 | Klachten van medewerkers |
| Derk Jan Eppink (JA21) | VU Amsterdam | 2022 | Intern protest |
| Thierry Baudet (FVD) | UvA | 2017 & 2019 | Protesten en veiligheidszorgen |
| Thierry Baudet (FVD) | Universiteit Leiden | 2020 | Bezwaar docenten |
| Rod Dreher | Radboud Universiteit | 2018 | Klachten over zijn ‘anti- lgbtq-standpunten’ |
| Sietske Bergsma | HvA | 2023 | Klachten van medewerkers, te polariserend |
| Bart De Wever (N-VA) |
Universiteit Leiden | 2020 | ‘Te politiek’ |
| Eva Vlaardingerbroek | UvA | 2023 | Reputatie en veiligheidsrisico |
Academische vrijheid, alleen als het Universiteiten van Nederland uitkomt
Van den Berg presenteert zichzelf als verdediger van academische vrijheid, maar gebruikt een definitie die hem goed uitkomt. Hij reduceert academische vrijheid tot ‘vrijheid om te onderzoeken en te publiceren zonder druk van buitenaf, mits zorgvuldig en integer’. Dat klinkt deugdzaam, maar is te smal.
De internationale standaard van UNESCO definieert academische vrijheid breder: zij omvat ook het recht om vrijelijk te onderwijzen, deel te nemen aan het publieke debat, het beleid van de eigen instelling te bekritiseren en zich te organiseren in academische gremia zonder angst voor repercussies.
Juist die bredere dimensie van publieke vrijheid staat onder druk. En juist daaraan gaat Van den Berg gemakshalve voorbij. Wie dan beweert dat academische vrijheid in Nederland in een prima staat verkeert, negeert de trend. Zo laat de Academic Freedom Index (2025) al jaren een daling zien in Nederland: van een plek in de bovenste 10 procent naar slechts één in de bovenste 40 procent.
Bijna elke universiteit drukt een progressief wereldbeeld door
Ook Van den Bergs uitspraak dat ‘politieke kleur je professionele normen niet beïnvloedt’ toont aan dat hij in een bestuurlijke bubbel verkeert. Juist deze politieke kleur sijpelt door in de strategische plannen van universiteiten.
Bijna elke universiteit drukt een progressief wereldbeeld door via voedselstrategieën, intersectionaliteitsvlaggen, all-gendertoiletten, green offices of diversiteitstrainingen.
De gedachte dat professionele normen worden beïnvloed door je politieke kleur, wordt nog sterker bij een blik op de top van de universiteiten en hun raden van toezicht. Daar treffen we opvallend veel voormalige politici en bestuurders van progressieve signatuur (tabel 2).
Tabel 2. Oud-politici in het bestuur van universiteiten
| Jolande Sap | Oud-fractievoorzitter van GroenLinks | Voorzitter van de raad van toezicht van de UvA |
| Pauline Meurs | Oud-senator PvdA | Voormalig lid van de raad van toezicht van de UvA |
| Annelien Bredenoord | Voormalig senator en fractievoorzitter van D66 | Voorzitter van de Erasmus Universiteit |
| Ruard Ganzevoort | Voormalig Tweede Kamerlid van GroenLinks | Rector van het ISS in Den Haag |
| Alexandra van Huffelen | D66-partijvoorzitter en voormalig staatssecretaris | Voorzitter Radboud Universiteit |
| Gerard Schouw | Voormalig partijvoorzitter en voormalig Eerste en Tweede Kamerlid van D66 | Lid van de raad van toezicht van de Open Universiteit |
| Mariëtte Hamer | Voormalig Tweede Kamerlid van de PvdA | Lid van de raad van toezicht TU Eindhoven |
Tussen academicus en activist
Politieke kleur sijpelt niet alleen door in beleid, die vormt ook de toon van de academische cultuur. Als de top een normatief wereldbeeld uitdraagt, vervaagt de grens tussen wetenschap en activisme.
Steeds vaker profileren academici zich als actievoerder, zoals bij Scientist Rebellion, waar wetenschappers in toga’s de snelweg blokkeren.
Wat doet dat met de student die zijn docent daar ziet zitten? Die zal niet snel het werk van klimaatscepticus Marcel Crok durven bespreken. Op deze manier groeit ‘affectieve polarisatie’ op de universiteiten: politieke overtuiging wordt morele identiteit, en afwijkende standpunten worden vermeden in plaats van besproken.
Dat universiteiten links zijn is een gegeven
Momenteel worden de regels van de wetenschap waar Van den Berg naar verwijst, vooral bewaakt door ‘thuisfluiters’. En zolang de medezeggenschap beperkte middelen heeft en het ministerie van OCW zijn verantwoordelijkheden afschuift naar universiteiten onder het mom van hun ‘ autonomie’, wijst iedereen naar elkaar terwijl de onbalans in het systeem intact blijft. De KNAW waarschuwde al in 2018, maar Van den Berg sluit er de ogen voor.
Universiteiten zijn geen totalitaire monoculturen, maar evenmin de open, ideologisch diverse arena’s die Van den Berg schetst. Het is geen mening dat universiteiten een linkse dominantie kennen, het is een empirisch gegeven.
En het is pijnlijk dat de voorzitter van Universiteiten van Nederland dat ontkent, terwijl hij er zelf middenin zit. Wie de cijfers negeert, is geen verdediger van academische vrijheid, maar juist de bewaker van de bubbel die haar bedreigt.
Nawin Ramcharan
Student bestuurskunde aan de Erasmus Universiteit Rotterdam en was daar afgelopen jaren studentvertegenwoordiger. Ook was hij kandidaat bij de Tweede Kamerverkiezingen namens JA21.
Lloyd Leonard Opdam
Studeert bestuurs- en organisatiewetenschap aan de Universiteit Utrecht, waar hij ook lid is van de universiteitsraad.