Minister van Justitie Ard van der Steur bevestigt dat de terrorist Ibrahim El Bakraoui, die zichzelf dinsdag opblies op het Brusselse vliegveld Zaventem, vorig jaar naar Nederland is gekomen. Hij kwam aan op 14 juli vorig jaar, een maand nadat hij in Turkije werd gearresteerd.
Nederland had geen reden om hem vast te zetten en er waren geen verdenkingen tegen hem, meldt Van der Steur in een brief aan de Tweede Kamer.
Geen actie
De Nationale Politie voerde in de politiesystemen een achtergrondcheck uit naar El Bakraoui (29), maar in geen van de systemen werd informatie gevonden. Deze vondst zou Nederland op zijn beurt weer met Turkije hebben gedeeld. Er waren geen verdenkingen tegen hem van strafbare feiten. Ook na 15 juli werd El Bakraoui niet gesignaleerd in de internationale opsporingssystemen.
‘Aangezien het een Belgische onderdaan betrof, de vlucht reeds had plaatsgevonden en de naslag geen informatie had opgeleverd, was er geen aanleiding om actie te ondernemen,’ schrijft Van der Steur in de brief.
Vrijgelaten
De Turkse autoriteiten zouden verder aan Nederland hebben bevestigd dat een ‘tweede uitzetting’, waarvan woensdag gewag werd gemaakt, nooit is gebeurd. De Turkse president Recep Tayyip Erdogan wees woensdag tijdens een speech met een beschuldigende vinger naar België en Nederland. De Turken zouden hen volgens hem op de hoogte hebben gesteld van de terreurneigingen van El Bakraoui, maar toch werd de terrorist vrijgelaten.
Lees ook Belgische minister: ‘Onze diensten hebben gefaald’
De Turken hebben volgens Van der Steur wel melding gemaakt van de vlucht van El Bakraoui, maar in de nota hierover staat geen inhoudelijke informatie of duiding over de achtergrond van de uitzetting.
Er wordt ook niet gevraagd om enige actie te ondernemen. Het bericht is overigens niet eens onder ogen gekomen van de betrokken Nederlandse diensten, zegt van der Steur. Hij zegt dat de Turken ook niet hadden gebeld, wat ‘volgens protocol’ wel had gemoeten.
Gebruikelijk is dat de politiediensten van Turkije en Nederland direct contact hebben met elkaar over een uitzetting. Vorig jaar gebeurde dat ongeveer veertig keer. Bij El Bakraoui is dat echter niet gebeurd. Van der Steur zegt dat het bij hem niet bekend is waarom dat in dit specifieke geval niet is gebeurd.