Donderdag zijn alle ogen weer gericht op minister van Veiligheid en Justitie Ard van der Steur (VVD). Vorige week kwam hij in moeilijkheden tijdens het debat over de nasleep van de aanslagen in Brussel, en de daarbij betrokken terrorist Ibrahim El Bakraoui, die ongezien Nederland wist binnen te komen.
Omdat de minister niet het antwoord had op alle vragen die de Tweede Kamer hem in overvloed stelde, mag hij het vandaag nog eens proberen.
Lakse aanpak
Hij moet overeind zien te blijven in de storm van kritiek vanwege de in hun ogen lakse aanpak van het terrorisme. Want El Bakraoui kon niet alleen ongehinderd via Turkije naar Nederland komen – ondanks een melding van de Turkse autoriteiten, maar Nederland deed ook niets met de informatie over El Bakraoui en zijn broer.
De politie van New York gaf de gegevens hierover, en niet de FBI zoals eerder nog werd gemeld. Van der Steur zelf is optimistisch gestemd: ‘Ik denk dat het een heel mooi en goed debat zal worden.’ Maar als het hem niet lukt het vertrouwen te winnen van de Kamer, dan is de kans groot dat een deel het vertrouwen in hem opzegt.
Minister Ard van der Steur (VVD) van Veiligheid en Justitie moet de Tweede Kamer donderdag opnieuw tekst en uitleg geven over de Brusselse terrorist Ibrahim El Bakraoui. De New Yorkse politie had Nederland gewaarschuwd voor de komst van de terrorist, maar er werd geen actie ondernomen tegen El Bakraoui. Lees meer
Klungel
Geert Wilders opent net als vorige week het debat. Opnieuw noemt de PVV-leider hem een klungel, iemand die terroristen niet opspoort, maar laat lopen. ‘Nederland kan uw geklungel niet veroorloven. Ik heb eigenlijk maar een vraag aan de minister: wordt het geen tijd om op te stappen?’ aldus Wilders.
Volgens Sybrand van Haersma Buma (CDA) gaat het hier om een heel urgente zaak. ‘Ik wil weten wat het kabinet gaat doen.’ Buma vindt het een fout dat Van der Steur ‘geen harde afspraken had gemaakt met Turkije’. Mensen willen zeker weten of de minister in control is. Had Nederland werkelijk niets meer kunnen doen om deze El Bakraoui tegen te houden, vraagt D66-leider Alexander Pechtold zich retorisch af. ‘De Kamer moest twee weken lang informatie lospeuteren. De minister had zijn antwoord de hele tijd al klaar. Nederland heeft daar niks aan kunnen doen.’
Zelfkritiek
Pechtold hoopt op zelfkritiek bij Van der Steur. Ook bij regeringspartij PvdA zijn er nog vragen, bijvoorbeeld over de bestrijding van de radicalisering in de grote steden en over de samenwerking hieromtrent binnen de Europese Unie. Groep Bontes/Van Klaveren wijst op de vele blunders die Van der Steur hiervoor al maakte: van de affaire rond de patholoog-anatoom George Maat tot en met de zaak rond Cees Helman.
De meerderheid van de Nederland heeft het vertrouwen in het functioneren van de minister al verloren. Het is duidelijk: de oppositie vindt dat Van der Steur onvoldoende doet, en dat er bij hem ‘een schrijnend gebrek’ is aan urgentie bij de aanpak van terreurbestrijding. Maar VVD-fractievoorzitter Halbe Zijlstra is, samen met zijn fractiegenoten, gerustgesteld over een groot deel van de antwoorden die van Van der Steur vorige week gaf.