Het Openbaar Ministerie (OM) probeert te achterhalen wie het filmpje heeft gemaakt bij het carnavalslied Oh Sylvana. Er is een onderzoek begonnen, omdat Sylvana Simons heeft laten weten dat ze aangifte wil doen.
Ook speelt voor het OM mee dat Simons een publiek persoon is. Sylvana Simons is kandidaat-Tweede Kamerlid voor de politieke beweging DENK en ze presenteerde eerder radio- en televisieprogramma’s. Ze is een fel tegenstander van Zwarte Piet. De partij van Tunahan Kuzu maakt zich zorgen over de veiligheid van Simons, en gaat daar dinsdag over praten met overheidsdiensten.
Kuzu vindt het gemonteerde filmpje een voorbeeld van ‘vijandsdenken’ en wil dat het kabinet…lees meer >
Lynchpartij
DENK doet dat naar aanleiding van de video van het liedje Oh Sylvana van carnavalszanger Rob van Daal, dat eerder op maandag verscheen. De zanger heeft er niks mee te maken. ‘Het is te triest voor woorden dat anderen deze beelden onder het nummer hebben gezet,’ aldus zijn echtgenote en manager Nikki Jeurninck.
In het filmpje is het hoofd van Simons gemonteerd op meerdere beelden, waaronder foto’s van Zwarte Piet en naakte Afrikaanse vrouwen. Ook is haar hoofd geplakt in beelden die verwijzen naar de lynchpartijen van de Ku Klux Klan, de Amerikaanse organisatie die met geweld protesteerde tegen de afschaffing van de slavernij en de burgerrechten van Afro-Amerikanen. Simons is door de maker gefotoshopt in beelden van lichamen van zwarte Amerikanen die zijn opgehangen aan een boom. Het gaat justitie om het laatstgenoemde filmpje.
Volkomen onacceptabel
Vicepremier Lodewijk Asscher (PvdA) vindt de beelden die zijn gemonteerd onder het carnavalsnummer Oh Sylvana ‘weerzinwekkend’ en ‘volkomen onacceptabel’. Asscher, tevens minister van Sociale Zaken, zegt zich dat het voorstelbaar is dat Simons de clip als bedreigend ervaart.
‘Ik vraag me af waar mensen die zo’n filmpje maken in hemelsnaam mee bezig zijn.’ De maker moet zich schamen, vindt de bewindsman. ‘Iedereen moet zonder bedreigingen kunnen zeggen wat hij of zij wil. Dat geldt voor Geert Wilders, maar ook voor Sylvana Simons.’