Nederlandse politieke partijen ontdekken de waarde van vaderlandsliefde. Geert Wilders ontwaarde een ‘patriottische lente’, Thierry Baudet maakt patriottisme tot kern van het programma van zijn Forum voor Democratie. Maar ook buiten kringen van EU-haters en Trump-bewonderaars valt er ineens een grote liefde voor het vaderland te bespeuren. Lodewijk Asscher, Sybrand Buma en Jesse Klaver, allen benadrukken ze de waarde van Nederlandse waarden.
Opmerkelijke geluiden. Een tijd lang riepen nationalisme en vaderlandsliefde louter associaties op met rechtse, zelfs extreem-rechtse, politici. Nationalisme gold voor weldenkende, kosmopolitische Nederlanders als een bedenkelijk fenomeen. ‘Eigen volk eerst’-denken, xenofobie, groepsegoïsme, benepenheid – gruwelen die werden geassocieerd met nationalisme.
Lees hier meer over: Vaderlandsliefde terug in politiek: met recht trots
Maar steeds meer lijkt een zelfbewuste kijk op de eigen natie en een daarmee gepaarde trots en saamhorigheid gemeengoed te worden. Een verheugende ontwikkeling, want een goedaardig patriottisme kan in een vrijheidslievend, verdraagzaam land bindend en beschavend werken.
Waarom was dat Nederlandse wij-gevoel eigenlijk zo lang afwezig, waarom maakt het zijn rentree en hoe kan het een gunstig effect op Nederland hebben?