Op het terrein van het asielzoekerscentrum in Delfzijl is sprake van een levendige handel in gestolen goederen. Het gaat vooral om kansloze asielzoekers uit veilige Noord-Afrikaanse landen die waardevolle spullen helen.
Gestolen sportschoenen, iPhones, laptops en grote flessen sterke drank worden voor een fractie van de normale prijs verkocht, blijkt uit onderzoek van Dagblad van het Noorden.
Reportage – zo leven de krakende illegalen van Wij Zijn Hier: ‘We blijven vechten tegen het systeem’
Goedwillende asielzoekers bedreigd
De handel zorgt voor een verdeling tussen vluchtelingen en kansloze asielzoekers in het asielzoekerscentrum (azc). De echte vluchtelingen die snel hopen een leven op te bouwen buiten het asielzoekerscentrum, storen zich mateloos aan de handel en de stelende asielzoekers, veelal uit Marokko en Algerije. Ook worden vluchtelingen bedreigd door de rovende asielzoekers.
De lokale politie bevestigt dat een groep kansloze asielzoekers diefstallen pleegt, maar kan niets bevestigen over de handel in gestolen spullen. Het Centraal Orgaan opvang Asielzoekers (COA) zegt dat er duidelijke regels zijn, ‘maar zoals met alle regels zijn er altijd mensen die zich daar niet aan houden’.
Het COA was woensdag niet bereikbaar voor verder commentaar. Dagblad van het Noorden meldt wel dat medewerkers van de organisatie worden belemmerd in het controleren van kamers van asielzoekers. Zij mogen de kamers wel van binnen checken, maar het is niet toegestaan in kasten te kijken om deze op gestolen spullen te controleren.
Criminele bende?
Maanden geleden werd al alarm geslagen over de migranten in Groningen en Delfzijl die op grote schaal burgers intimideren en beroven. Mensen voelen zich onveilig in hun eigen huis, geven ook de burgemeesters toe.
Burgemeester van Vlagtwedde Leontien Kompier zei zelfs dat het mogelijk is dat de asielzoekers niet op eigen houtje misdaden begaan, maar dat ze worden aangestuurd door een criminele organisatie. De politie onderzoekt de mogelijke banden tussen overlastplegers en bendes. ‘Criminele organisaties dienen hard te worden aangepakt.’