VOC-schip na bijna drie eeuwen opgegraven

De vlag van de Verenigde Oostinidsche Compagnie (VOC) Bron: ANP

Nederland en het Verenigd Koninkrijk gaan deze zomer een scheepswrak uit de achttiende eeuw deels opgraven. Het gaat om het VOC-schip De Rooswijk, dat in 1740 voor de Engelse kust verging.

Dinsdag maakte het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap bekend dat het scheepswrak in gevaar is. Stromingen en de verschuiving van zandlagen kunnen het wrak vernietigen. Ook trekt De Rooswijk veel ongewenste duikers aan. Een internationaal team gaat daarom delen van het schip en de lading veiligstellen.

‘Trots en schaamte’

Volgens de minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap Jet Bussemaker (PvdA) is de gedeeltelijke opgraving een belangrijke stap. ‘Scheepswrakken vertellen een verhaal. De twee eeuwen geschiedenis van de VOC maken deel uit van dat verhaal en ons collectieve geheugen, inclusief alles waar wij nog altijd trots op zijn, maar ook waarvoor we ons nu schamen,’ aldus Bussemaker.

Het scheepswrak van De Rooswijk ligt in de Goodwin Sands, een zandbank op 10 kilometer afstand van het Engelse graafschap Kent in Zuidoost-Engeland. De Rooswijk werd in 2004 bij toeval ontdekt door een amateurduiker op ongeveer 24 meter diepte. Doordat de zandbanken geregeld van vorm veranderen, komen er soms (onverwachts) scheepswrakken bloot te liggen.

Van Texel naar Batavia

De Kamers van de VOCDe VOC bestond uit een aantal regionale afdelingen genaamd ‘Kamers’. De Kamers waren een collectief van investeerders. In de volgende steden waren VOC-Kamers gevestigd:

  • Amsterdam
  • Middelburg
  • Enkhuizen
  • Delft
  • Hoorn
  • Rotterdam

De Rooswijk werd gebouwd in 1737 op de werf van de Verenigde Oost-Indische Compagnie (VOC) in Amsterdam. Het schip voer in naam van de Kamer van Amsterdam, de grootste afdeling van de VOC.

De Rooswijk had een laadvermogen van zo’n 850 ton. In de periode 1737-1739 maakte het schip twee succesvolle handelsreizen naar Batavia – het hedendaagse Jakarta – in Nederlands-Indië.

Tijdens de derde handelsreis ging het mis. Op 9 januari 1740 – slechts één dag na vertrek uit Texel – verging het schip bij Goodwin Sands. Alle 250 bemanningsleden kwamen om. De lading, bestaande uit dertig kisten met zilveren staven en munten, ging verloren.