Sinds het eiland Sint Maarten door een verwoestende orkaan Irma is getroffen, komt humanitaire hulp maar traag op gang. Doordat bijna alle gebouwen en winkels beschadigd zijn, kunnen plunderaars gemakkelijk hun gang gaan.
‘Het eiland is echt een rampgebied,’ zegt Chris Johnson, de Nederlandse vertegenwoordiger in Sint Maarten, tegen De Telegraaf. ‘Het lijkt wel op beelden uit Syrië. Niet één boom staat nog overeind.’ Kort na de orkaan zijn politie en hulpdiensten druk met het inventariseren van de enorme schade die de orkaan heeft aangericht. De telefoonverbindingen liggen plat en er is nauwelijks internet.
Plunderaars trekken op strooptocht langs de huizen. Volgens ooggetuigen in NRC zijn ze gewapend met kapmessen en geweren. Op het Nederlandse deel van het eiland viel één dode.
Grimmige sfeer
Volgens het Rode Kruis en de Nederlandse marine heerst er op Sint Maarten een grimmige sfeer. Ook minister van Binnenlandse Zaken Ronald Plasterk bevestigt dat er op het eiland wordt geplunderd. ‘We hebben er honderd man naartoe gestuurd, dat doen we anders nooit,’ aldus Plasterk.
Volgens Plasterk doet Nederland al het mogelijke om de bewoners van het eiland te helpen. Hij heeft er bij het lokale bestuur van Sint Maarten op aangedrongen om maatregelen te nemen tegen de orkaan.
Donderdagavond komen eindelijk schepen van de marine aan op het eiland. De schepen hebben voedsel en water bij zich, maar ook medische hulp, militairen en een bulldozer. Vanochtend landde het eerste vliegtuig op de landingsbaan van het eiland Sint Maarten. Deze testlanding moest uitwijzen of de landingsbaan nog begaanbaar was.
Inmiddels zijn door de orkaan Irma twaalf doden gevallen in de Caraïben, onder wie één in Sint Maarten. Irma woedt intussen voort en nadert Cuba. Volgens Amerikaanse meteorologen bereikt Irma dit weekeinde de staat Florida. Daar zijn inmiddels grote evacuaties in gang gezet. Ook is de noodtoestand uitgeroepen. Sint Maarten maakt zich nu op voor de volgende orkaan: José.