Voormalig directeur Emsley Tromp (57) van de Centrale Bank van Curaçao en St. Maarten staat donderdag in Willemstad voor de rechter. Hij wordt verdacht van belastingfraude.
Voor de behandeling van de zaak zijn drie dagen uitgetrokken. Tromp was sinds 1991 directeur van de Centrale Bank. Naast belastingfraude wordt hij ook verdacht van witwassen. De rechtszaak die nu tegen hem is aangekondigd, betreft voorlopig alleen belastingfraude.
‘De onderkoning van Curaçao’ werd op 17 oktober ontslagen, maar stond toen al meer dan een jaar op non-actief vanwege het juridische onderzoek. Volgens het Openbaar Ministerie heeft Tromp over de periode 2006 tot en met 2014 opzettelijk niet alle inkomsten voor zijn pensioenopbouw aan de belastingdienst opgegeven. Dat zou Curaçao ongeveer 5,5 miljoen Antilliaanse guldens, ongeveer 2.7 miljoen euro hebben gekost. Op de Antillen doen al jaren de verhalen de ronde over de manier waarop Tromp zichzelf en familieleden zou bevoordelen.
Omstreden lening voor vriendin
Zo zou Tromp volgens De Volkskrant een lening bij de Banco di Caribe af hebben gesloten voor zijn vriendin. Het ging om een bedrag van drie miljoen dollar, zonder onderpand. Daarvan zou 400.000 dollar, ruim 360.000 euro, zijn verdwenen in het pensioenfonds van Tromp.
In augustus vorig jaar werd huiszoeking gedaan bij de voormalig directeur. Tromp verbleef op dat moment in het buitenland. Die inval hield mogelijk verband met de financiering van appartementen die Tromp bezit in de Amerikaanse stad Miami. Voor de koop daarvan had hij een overbruggingskrediet gekregen van de Girobank. Op die bank moest hij als directeur van de Centrale Bank juist toezicht houden.
Link met veroordeelde John Deuss
Ten slotte wordt Tromp gelinkt aan de voor illegaal bankieren veroordeelde Nederlander John Deuss. Tromp zou zijn First Curacao International Bank opvallend mild hebben behandeld. De rechter veroordeelde Deuss waarop de bankier in 2013 schikte voor 35 miljoen euro.
Tromp zegt dat hij niets verkeerds heeft gedaan. Tijdens de regiezitting van de zaak in juli stelde zijn advocaat dat het een politieke vervolging betreft, waar ‘Nederlandse politici’ achter zouden zitten.