Advocaat Geert-Jan Knoops (57) is de onbetwiste meester van de herzieningen. Met zijn partner Carry Hamburger toonde hij reeds een reeks spraakmakende gerechtelijke dwalingen aan, waaronder die in de Puttense Moordzaak.
Over een huzarenstukje op de Antillen schreef hij de legal thriller De laatste kamer (uitgeverij Balans). Voorzitter Gerrit van der Burg van het College van procureurs-generaal neemt zondag het eerste exemplaar in ontvangst op een symposium in Amsterdam over gerechtelijke dwalingen. Gerlof Leistra las het boek.
In zijn nieuwe thriller vergelijkt Geert-Jan Knoops een herzieningsproces met een marathonloop: ‘een uitputtingsslag die een ultiem uithoudingsvermogen vergt om uiteindelijk de waarheid boven water te krijgen’. Het boek gaat over de zogenoemde Spelonk-zaak, een dubbele moord op Bonaire in juli 2005 op twee broers.
Lees ook dit spraakmakende artikel van Gerlof Leistra:
>> Waarom perverse Michael P. zo snel weer vrij rondliep
Verhaal boeit tot laatste pagina
In mei 2007 verwerpt de Hoge Raad een cassatieverzoek van twee mannen die op grond van rammelend bewijs zijn veroordeeld tot respectievelijk 24 en acht jaar. Begin 2011 belandt de zaak op het bureau van Knoops. Na een indrukwekkende speurtocht naar ontlastend bewijs volgt herziening en worden de twee vrijgesproken.
De inmiddels vierde legal thriller van Knoops is geen literair meesterwerk, maar zijn verhaal boeit tot de laatste pagina. Stap voor stap wordt de moordzaak ontrafeld. Een pleidooi is voor Knoops ‘een soort van scheersysteem’: drie of vier mesjes die achter elkaar het bewijs van de aanklagers kaalscheren. Dat is geen woord teveel gezegd: de aanpak door het team-Knoops is messcherp.
Verhoren verliepen knullig
Het is onthutsend en beschamend hoe slordig politie en justitie in de Spelonk-zaak opereerden. Verhoren verliepen knullig, de onderzoeksrechter op Bonaire was een ingehuurde huisarts, politie en justitie zagen ontlastend bewijs over het hoofd of veegden dat onder het tapijt. Zonder de inzet van Knoops hadden de twee mannen hun volledige straf moeten uitzitten en golden zij de rest van hun leven ten onrechte als moordenaars.
Knoops en zijn team doen dit soort zaken pro deo, voor een habbekrats dus. Forensische onderzoeken betalen ze zo nodig uit eigen zak. Al jaren pleiten ze vergeefs voor een overheidsfonds waaruit dergelijk onderzoek kan worden betaald voor veroordeelden die onterecht vastzitten, maar geen geld hebben om hun onschuld aan te tonen. De laatste kamer levert het overtuigende bewijs dat zo’n fonds hard nodig is.