Wachten op de furie van Erdogan: Tweede Kamer erkent Armeense genocide

Tweede Kamerlid Joël Voordewind (CU) - Foto: ANP

Het Nederlandse parlement erkent expliciet de Armeense genocide. In april moet een Nederlandse minister of staatssecretaris naar Jerevan afreizen om de herdenking van de Armeense genocide van een eeuw geleden te herdenken.

Daarna moet elke vijf jaar een bewindsman naar de herdenking in de Armeense hoofdstad Jerevan, blijkt uit een motie van Tweede Kamerlid Joël Voordewind (ChristenUnie). De motie werd coalitiebreed gesteund.

In een tweede gesteunde motie staat bovendien dat de Tweede Kamer ‘de Armeense genocide erkent’. Niet eerder gebeurde dat zo expliciet, uit angst voor conflicten met Turkije. ‘Ongetwijfeld zal Turkije niet zo blij zijn met wat er is gezegd,’ reageert minister Ank Bijleveld (CDA) van Defensie. Maar Duitsland heeft in het verleden ook met deze kwestie te maken gehad, en ‘dat is in the end ook weer goedgekomen,’ aldus de minister.

Genocide-erkenning wekt steevast furie bij Turkije

In 1915, ten tijde van het Ottomaanse Rijk, werden honderdduizenden Armeniërs vermoord. De Turkse regering vindt dat er sprake was van een oorlogssituatie, en dat Armeniërs een gevaar vormden omdat ze met de Russische vijand zouden samenspannen. De regering ontkent dan ook dat er sprake was van een geplande volkerenmoord en reageert steevast furieus wanneer landen overgaan tot erkenning. In 2016 leidde het bijvoorbeeld tot een diplomatieke rel met Duitsland, dat de genocide op Armeniërs in juni van dat jaar erkende.

De Turkse regering kwam met verschillende sancties op de proppen, en de Turkse minister van Justitie Bekir Bozdag haalde zelfs het Duitse naziverleden erbij: ‘Eerst verbrand je de Joden in ovens, daarna sta je opeens op om het Turkse volk te betichten van genocide. Maak je eerst maar eens zorgen om je eigen geschiedenis,’ aldus de minister destijds.

Erkennen genocide werd opgenomen in regeerakkoord

‘We mogen de geschiedenis niet ontkennen uit angst voor sancties,’ zegt initiatiefnemer van de motie Voordewind vrijdag in Trouw. ‘Ons land herbergt nota bene de hoofdstad van het internationale recht (Den Haag, red.), dus we moeten niet bang zijn om ook hierin recht te doen.’

In het regeringsakkoord maakten coalitiepartijen VVD, CDA, D66 en ChristenUnie het al mogelijk voor de regering om onder voorwaarden over te gaan tot een formele erkenning van genocide, maar eind vorig jaar liet het kabinet weten het in deze zaak te houden bij de ‘de kwestie van de Armeense genocide’. Bijna dertig landen hebben de episode ondertussen bestempeld als genocide.

Relatie Turkije en Nederland was al bekoeld

Het is wachten op de reactie van de Turkse president Recep Tayyip Erdogan. Sinds de Turkijerel in maart vorig jaar loopt het niet lekker tussen de Turkse regering en Nederland. Op de zaterdag voor de verkiezingen weigerde het kabinet een aantal Turkse ministers toegang tot Nederland, omdat ze hier campagne wilden voeren voor het omstreden Turkse referendum. Hierin sprak de bevolking uiteindelijk met een nipte meerderheid haar goedkeuring uit voor drastische stappen waarmee Erdogan meer macht naar zich toe zal trekken.

Ook kwam het tot grootschalige rellen in Rotterdam, waar Turkse Nederlanders zich bij het consulaat van Turkije hadden verzameld om te luisteren naar de Turkse minister Fatma Kaya. Zij kwam het consulaat uiteindelijk niet binnen. Sinds die gebeurtenissen zitten de ambassadeurs van beide landen niet in hun residentie. Ook eiste Nederland excuses van Turkije, en vice versa.

Onlangs gaven zowel premier Mark Rutte als Erdogan aan weer nader tot elkaar te willen komen, maar dit gaat er naar verwachting niet bij helpen.

Ook steggelt het parlement nog altijd met het Turkse offensief op Afrin, dat volgens een groot deel van de Tweede Kamer veroordeeld moet worden. Plaatsvervangend minister van Buitenlandse Zaken Sigrid Kaag gaf donderdagavond nog aan een eenzijdige veroordeling van Nederland ‘niet effectief’ te vinden, en geeft de voorkeur aan een veroordeling door alle NAVO-partners.