Albanië, Azerbeidzjan en Turkije zouden zich moeten distantiëren van Caïro-verklaring, vindt Pieter Omtzigt.
Is het toelaatbaar dat lidstaten van de Raad van Europa de sharia als hoogste wetgeving erkennen? Die vraag staat centraal bij een stemming volgende week in de Parlementaire Vergadering van de Raad van Europa.
Assemblee dient zich uit te spreken tegen de sharia
Als het aan Pieter Omtzigt ligt, Kamerlid voor het CDA en lid van de Parlementaire Vergadering van de Raad van Europa, spreekt die Assemblee zich uit tegen de mogelijkheid dat een lidstaat van de Raad van Europa de sharia, de islamitische wet, laat prevaleren boven het Europees Verdrag voor de rechten van de mens (EVRM).
De stemming in Straatsburg bij de Raad van Europa – een organisatie die democratie en mensenrechten bevordert, 47 landen als lid heeft en niet moet worden verward met de Europese Unie – volgt op een motie die Omtzigt in januari 2016 indiende en die ertoe leidde dat de Raad een rapport opstelde. Dat was begin deze maand klaar.
Sharia in strijd met het Europees Verdrag voor de rechten van de mens
De strijdigheid van de sharia met het Europese mensenrechtenverdrag is al sinds 2001 duidelijk. Destijds bevestigde het Europees Hof voor de Rechten van de Mens in Straatsburg het verbod door Turkije van de Turkse Welvaartspartij. Die partij ondermijnde de grondwettelijke scheiding van kerk en staat, en streefde naar invoering van de islamitische wetgeving. De sharia ‘contrasteert duidelijk met de waarden die zijn belichaamd in het Europees Verdrag voor de rechten van de mens,’ oordeelde het Hof.
Toch hebben drie leden van de Raad van Europa in 1990 de verklaring van Caïro over de mensenrechten in de islam ondertekend – Albanië, Azerbeidzjan en Turkije. In die verklaring staat dat de sharia leidend is als het gaat om de mensenrechten.
Daarmee erkennen deze landen de gelijke rechten van mannen en vrouwen niet en beperken ze het recht op vrijheid van meningsuiting en op godsdienstvrijheid. De verklaring bevestigt dat alle in de verklaring genoemde mensenrechten ondergeschikt zijn aan de sharia.
Caïro-verklaring
Naast deze drie leden van de Raad van Europa hebben ook Jordanië, Kirgizië, Marokko en Palestina de verklaring getekend. Deze landen hebben een Partnerschap voor democratie met de Raad van Europa.
‘De sharia staat boven alles. Dat kan niet als je het Europees Verdrag voor de rechten van de mens hebt getekend,’ zegt Omtzigt. Hij vindt dat alle genoemde landen hun handtekening onder de Caïro-verklaring moeten weghalen.
Europa niet gevrijwaard van de sharia
Laden…
Word abonnee en lees direct verder
Al vanaf €15 per maand leest u onbeperkt alle edities en artikelen van EW. Bekijk onze abonnementen.
Bent u al abonnee en hebt u al een account? log dan hier in
Verder lezen?
U bent momenteel niet ingelogd of u hebt geen geldig abonnement.
Wilt u onbeperkt alle artikelen en edities van EW blijven lezen?
Er ging iets fout