Islamitische school woest: ‘Dit is een dictatuur’

Leerlingen van het Cornelius Haga Lyceum bij de rechtbank tijdens kort geding tegen de Staat. Foto: ANP.

Het blijft onrustig rond het omstreden Cornelius Haga Lyceum in Amsterdam. De gemeente Amsterdam heeft tevergeefs geprobeerd de school, die door de Algemene Inlichtingen- en Veiligheidsdienst (AIVD) van antidemocratisch onderwijs en salafisme is beschuldigd, te ondermijnen door een nieuwe islamitische school naar de hoofdstad te halen. Het schoolbestuur is woedend en spreekt van een ‘dictatuur’.

Als de rechter donderdag toestemming geeft om een negatief rapport van de Onderwijsinspectie over het Cornelius Haga Lyceum te publiceren, wil minister Arie Slob (ChristenUnie) het bestuur van de school dwingen om op te stappen. Dat meldt NRC Handelsblad.

Volgens het nog niet geopenbaarde rapport van de Inspectie zijn er weliswaar geen bewijzen voor salafistisch onderwijs of belemmering van de integratie op de school, maar zijn directeur-bestuurder Söner Atasoy en zijn broer Son Tekin Atasoy (beleidsmedewerker) wel schuldig aan financieel wanbeheer, belangenverstrengeling en zelfverrijking. De school heeft een kort geding aangespannen om te voorkomen dat het rapport openbaar wordt. Donderdag doet de kantonrechter hierover uitspraak.

‘Slob wil bestuur de laan uitsturen en anders financiering stopzetten’

Waarom raakte het Cornelius Haga in opspraak?De Amsterdamse school raakte in opspraak nadat de Nationaal Coördinator Terrorisme en Veiligheid (NCTV) en de gemeente Amsterdam in januari een ambtsbericht van de AIVD openbaarden. Daarin stond dat bestuurders banden hebben met een Tsjetsjeense terreurgroep. Ook zou er ‘antidemocratisch onderwijs’ worden gegeven en zou de school de helft van de lestijd aan de salafistische geloofsleer willen besteden. De Onderwijsinspectie werd gehinderd toen die wilde langskomen.

Het nieuws leidde tot grote ophef in de landelijke en Amsterdamse politiek: gevreesd wordt dat leerlingen zich zullen afkeren van de Nederlandse samenleving. Schoolbestuurder Söner Atasoy sprak van ‘fabeltjeskrantverhalen’ en ‘staatspropaganda’ door ‘incompetente randdebielen’. Later noemde hij Femke Halsema een ‘domme gans‘, omdat zij hem voor ‘terrorist’ zou hebben uitgemaakt.

Slob bereidt een ‘aanwijzing op bestuur’ voor, de zwaarste maatregel die een minister kan nemen. Als de bestuurders die aanwijzing niet opvolgen, zou de minister de financiering van de school kunnen stopzetten, wat het einde van de school zou betekenen. Het ministerie van Onderwijs wil de geruchten nog niet bevestigen en wacht tot de rechter donderdag een uitspraak doet.

Maandag brachten meerdere kranten informatie uit documenten die bij de gemeente Amsterdam zijn opgevraagd met een beroep op de Wet openbaarheid van bestuur (Wob-verzoek). Daaruit blijkt dat de gemeente dit voorjaar heeft onderzocht of er een tweede islamitische middelbare school in de hoofdstad zou kunnen worden gesticht om het Cornelius Haga Lyceum te ondermijnen. Met een ‘concurrent’ zou de omstreden school, waar volgens de AIVD sprake was van salafistische indoctrinatie en ‘antidemocratisch onderwijs’ (zie kader), volgens de gemeente makkelijker kunnen worden gesloten, omdat er dan een alternatief voor moslimkinderen zou zijn.

Gemeente Amsterdam vroeg bestaande scholen islamitisch te worden

Uit de documenten blijkt dat het Amsterdamse gemeentebestuur al veel langer voornemens was om een concurrerende islamitische middelbare school op te richten. In 2017 zette de hoofdstad een symposium op touw waar werd gesproken met middelbare scholen en islamitische basisscholen in Amsterdam, schrijft de Volkskrant. Destijds was de Stichting Islamitisch Onderwijs (SIO), waaronder het Cornelius Haga valt, nog bezig met juridische procedures om te kunnen starten. Volgens anonieme ‘ingewijden’ is zelfs aan bestaande middelbare scholen gevraagd of ze islamitisch wilden worden, meldt de krant.

Lees ook deze opiniestukken over het Cornelius Haga terug

René van Rijckevorsel: Weigeren Inspectie is grond voor sluiting islamitisch lyceum

Philip van Tijn: Haga Lyceum is testcase voor onze samenleving

Afshin Ellian: Bestrijd islamisme in onderwijs met beroep op nationale veiligheid

Uiteindelijk bleek het niet mogelijk om een nieuwe islamitische school van de grond te krijgen. Volgens een woordvoerder van Halsema geldt inmiddels wel een ‘moratorium’: alle uitbreidingsplannen van het Cornelius Haga zijn voorlopig van de baan. Het liefst wil de gemeente overgaan tot het afzetten van het bestuur, maar daar zijn nog altijd onvoldoende juridische aanknopingspunten voor.

Daarvoor haalde de gemeente volgens De Telegraaf  ‘alles uit de kast’. Zo werd een advocatenkantoor ingeschakeld om alle juridische mogelijkheden uit te pluizen. Tevergeefs, want telkens werden de schoolbestuurders in het gelijk gesteld. Söner Atasoy zelf beweert dat hij meer dan 42 juridische procedures heeft gevoerd, en die allemaal heeft gewonnen.

Bestuur Cornelius Haga woedend: ‘bestuurlijk stalken’ en ‘dictatuur’

De directeur van het Cornelius Haga reageert tegenover het AD woedend op de onthullingen over hoe de gemeente Amsterdam de school probeert tegen te werken. ‘Er komt nu steeds meer boven water, namelijk dat er een macht is, die een staat is binnen de staat,’ zegt Söner Atasoy. ‘Die zoveel macht heeft dat die grondrechten kan schenden in Nederland.’ Atasoy vindt dat de gemeente Amsterdam zich schuldig maakt aan ‘bestuurlijk stalken’. ‘En het gaat nog verder dan dat: dit is gewoon een dictatuur.’

De inhoud op deze pagina wordt momenteel geblokkeerd om jouw cookie-keuzes te respecteren. Klik hier om jouw cookie-voorkeuren aan te passen en de inhoud te bekijken.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."

Ook het Haagse raadslid Arnoud van Doorn (Partij van de Eenheid) spuwt zijn gal over de werkwijze van de gemeente Amsterdam. Op Twitter spreekt hij van een ‘Deep State’ die zou zijn ‘ingezet om rechten van moslims in Nederland te blokkeren’. Hij stelt dat ‘de overheid (…) aanstuurt op escalatie en daarmee bewust moslimkinderen in gevaar brengt om “een reden te hebben om te kunnen ingrijpen”‘. Van Doorn sluit zich aan bij Atasoy, die van mening is dat de gemeente bewust ‘zorgen en angst’ heeft gecreëerd door AIVD-informatie te openbaren over vermeend antidemocratisch onderwijs en salafisme op de school.

AIVD-baas over ambtsbericht: ‘impact op moslimgemeenschap onderschat’

Arnoud van Doorn en het Cornelius Haga

Van Doorn (53) was tot 2011 lid van de PVV en maakte in 2012 zijn bekering tot de islam bekend. Momenteel is hij in Den Haag raadslid van de islamitische Partij voor de Eenheid. Eerder dit jaar leek hij bij het Cornelius Haga Lyceum aan de slag te gaan als interim-directeur, maar dat bleek later een 1 aprilgrap. Toch lijkt Van Doorn gezien zijn vele tweets over de school wel degelijk nauw betrokken bij het Cornelius Haga. Zo plaatste hij dinsdagmiddag foto’s van scholieren in het pretpark Walibi Holland, voorzien van de tekst : ‘Dagje Walibi met Cornelius Haga Lyceum‘.

Vorige week zei AIVD-directeur Dick Schoof dat zijn organisatie ‘de maatschappelijke impact heeft onderschat’ van het ambtsbericht dat de inlichtingen- en veiligheidsdienst in januari opstelde over het Cornelius Haga Lyceum. Zelf was hij geen voorstander van het openbaar maken van die gegevens, omdat hij ‘liever had gehad dat we in rust ons werk hadden kunnen blijven doen’. De Nationaal Coördinator Terrorisme en Veiligheid (NCTV) en de gemeente Amsterdam besloten de informatie over het Cornelius Haga openbaar te maken.

‘We moeten constateren dat we de maatschappelijke dynamiek niet voldoende hebben beheerst, gecontaind,’ aldus Schoof in gesprek met de Volkskrant. ‘Dat we niet voldoende gehoor hebben gegeven aan de gevoelens in de moslimgemeenschap.’ Wel bezweert hij dat de AIVD ‘niet zomaar mensen aan het beschuldigen’ is, ‘op die school is echt iets aan de hand’.

De Commissie van Toezicht op de Inlichtingen- en Veiligheidsdiensten (CTIVD) kondigde vorige week aan te onderzoeken of het ambtsbericht van de AIVD over de school wel juist was. De CTIVD start het onderzoek ‘vanwege de vragen die in de samenleving bij voortduring leven over onder meer de grondslag voor het handelen van de AIVD jegens de school en de juistheid van de gegevens die de dienst heeft verstrekt,’ schrijft de toezichthouder.