Meer greep op de immigratie: verandert er iets in het denken?

Kerstdrukte in Amsterdam - ANP

Ook het afgelopen jaar is het dichtbevolkte Nederland weer wat dichtbevolkter geworden. De coronapandemie heeft daar wel iets, maar niet veel aan veranderd. Moet Nederland maar accepteren dat het een immigratieland à la Canada is? De WRR vindt van wel.

Ook het jaar 2020 zal Nederland weer afsluiten met méér Nederlanders dan het jaar ervoor. Als op 31 december aanstaande om twaalf uur ’s nachts het illegale vuurwerk en het carbid ontploffen, nadert het aantal inwoners van dit land naar verwachting de 17,5 miljoen. Dat is per saldo zo’n 63.000 inwoners meer dan op 1 januari 2020 – de omvang van een plaats als Nieuwegein.

De inhoud op deze pagina wordt momenteel geblokkeerd om jouw cookie-keuzes te respecteren. Klik hier om jouw cookie-voorkeuren aan te passen en de inhoud te bekijken.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."

Zijn dat veel of weinig mensen erbij? Hangt ervan af. Het is nog steeds veel als je vindt dat Nederland – in de top-30 van dichtstbevolkte landen ter wereld – al wel druk genoeg is. Maar het is relatief weinig als je het vergelijkt met voorgaande jaren. Toen was het elk jaar min of meer een stad als Zwolle die erbij kwam: zo’n 126.000 inwoners. In 2020 is de bevolkingsgroei dus gehalveerd, en dat is als je kijkt naar wat voor jaar het was niet heel verwonderlijk.

Lees ook: Waar blijft grip op de grens? Een pleidooi voor een rationeel immigratiebeleid

De coronapandemie zorgde voor een hogere sterfte onder de bevolking: een zogeheten oversterfte van naar schatting 14.000 mensen, zegt het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS). En door alle reisbeperkingen was ook de immigratie lager dan de afgelopen jaren het geval was. En immigratie is in de bevolkingsgroei van dit tijdperk verreweg de belangrijkste factor, anders dan in de jaren na de Tweede Wereldoorlog (1940-1945). Toen joeg vooral het hoge kindertal de bevolkingsgroei op.

Aanhoudende bevolkingsgroei is het devies voor de komende 50 jaar

Alle demografische prognoses gaan ervan uit dat deze halvering van de groei niet het nieuwe normaal is. Voor de lange termijn – tot 2070 – blijft het devies: aanhoudende bevolkingsgroei, van per saldo zo’n 100.000 inwoners per jaar. In 2026 zal Nederland naar verwachting van de rekenmeesters van het CBS de 18 miljoen aantikken, en in 2036 de 19 miljoen.

Weer een kwart eeuw later – in 2060 – telt Nederland naar verwachting zo’n 20 miljoen inwoners, of zelfs nog iets meer. Dan zal het bevolkingstal van ‘onze gezellige moerasdelta’ (Gerard Reve) ten opzichte van 1950 (10 miljoen) in ruim een eeuw zijn verdubbeld.

Het wordt dus steeds gezelliger in onze gezellige moerasdelta, vooral als gevolg van immigratie. In 1972 had ruim 9 procent van de Nederlanders een migratie-achtergrond, nu – eind 2020 – is dat 25 procent. De verwachting van het CBS is, dat dit aandeel in 2070 zal zijn opgelopen tot 42 procent.

Heel Nederland gaat lijken op de grote steden van nu

Nu al zijn de drie grote steden Amsterdam, Rotterdam en Den Haag ‘meerderheid-minderheden steden’, zoals dat is gaan heten. Dat zijn steden waar een meerderheid van de bevolking een migratieachtergrond heeft. Nederland als geheel zal dat in 2070 volgens de statistieken dus nog niet zijn, maar is er getuige die 42 procent wel naar op weg.

Lees ook van Gertjan van Schoonhoven: Den Haag ‘zucht en kreunt’ over de bevolkingsgroei

Qua diverse populatie zal heel Nederland dus steeds meer gaan lijken op de grote steden nu. Dat wil zeggen: gemiddeld. In werkelijkheid zal het beeld waarschijnlijk van streek tot stad verschillen, mede afhankelijk van de ligging en de middelen van bestaan. Nu al hebben veel gemeenten zo hun eigen migrantenpopulatie: het Westland telt veel Oost-Europese arbeidsmigranten, Amstelveen veel Japanse expats. Zulke verschillen zullen in de toekomst vermoedelijk sterker worden. Hoe het homogene gemeenten als Urk zal vergaan, de komende vijftig jaar, is koffiedikkijken.

Voorzichtige pleidooien voor meer greep op de immigratie

De Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid (WRR) – al een jaartje of veertig een gezaghebbende denktank, zeker op dit gebied – beziet alle ontwikkelingen van de rooskleurige kant in haar recente rapport Samenleven in verscheidenheid. Beleid voor de migratiesamenleving. ‘Problemen zijn een kwestie van tijd,’ aldus de WRR. ‘Ze verdwijnen na enkele decennia of generaties,’ aldus de Raad op pagina 254.

Dat is een ietwat eenzijdige benadering van de ‘problemen’, die vermoedelijk niet los te zien valt van alle deskundigen die de auteurs wel en juist niet hebben geraadpleegd. Het is zeker waar dat kinderen met een migratie-achtergrond het nu – gelukkig – beter doen dan twintig jaar geleden. Maar zelfs in een land waar als gevolg van immigratie 20 miljoen Nobelprijswinnaars wonen, kan immigratie nog problemen veroorzaken. Op het gebied van huisvesting bijvoorbeeld, infrastructuur, onderwijs, zorg en sociale cohesie. Die problemen tekenen zich nu al af in Nederland, dus hoe zal dat wel niet zijn in 2060?

cover Elsevier Weekblad editie 37 2018

Lees ook het coververaal van geografen Jan Latten en Jan van de Beek: De saamhorigheid staat op het spel

Ritueel ons-kent-onsje van gelijkgestemden

Zo staan er wel meer dingen in, die sterk uitnodigen tot discussie en tegenspraak. De vaststelling, bijvoorbeeld, dat ‘debatten over nationale identiteit veelal polariserend werken en geen bron van verbinding zijn’. Dat is wel heel kort door de bocht. Want hetzelfde geldt natuurlijk voor alle activistische aanvallen op die ‘nationale identiteit’, en belangrijke symbolen daarvan. Maar die noemt de Raad dan weer niet.

En trouwens: wat dan nog? Élk fundamenteel debat werkt – als het goed is – toch polariserend? Anders is het geen debat, maar een ritueel ons-kent-onsje van gelijkgestemden. Beetje treurig dat dat jeukwoord ‘verbinding’ ook bij de WRR weer een narcosekapje voor het maatschappelijk debat is. Een stok om uitgesproken stemmen terug in hun hok te dreigen.

Voor tweede keer in korte tijd bepleit denktank meer greep op immigratie

Toch is het wel een belangrijk rapport. Ten eerste is het ’t tweede advies aan de regering in korte tijd dat ervoor pleit om althans enige greep te krijgen op de immigratie naar Nederland. Het andere was dat, iets eerder in december, van de Adviesraad Internationale Vraagstukken (AIV).

De inhoud op deze pagina wordt momenteel geblokkeerd om jouw cookie-keuzes te respecteren. Klik hier om jouw cookie-voorkeuren aan te passen en de inhoud te bekijken.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."

Ook de WRR doet voorstellen om meer controle te krijgen over de immigratie, onder meer door een ‘beleidsmatig richtgetal’ voor te stellen voor asielmigranten. Dat is een omfloerster begrip dan ‘streefcijfer’, laat staan ‘maximum’. Maar de tendens is toch opmerkelijk. Iets van een taboe lijkt te zijn geslecht bij de denkende incrowd van het migratiedebat. Niet langer wordt immigratie gezien als een natuurverschijnsel; erkend wordt dat Nederland er ook zelf invloed op kan uitoefenen.

Zij het wel in zeer beperkte mate. De voorstellen van de WRR gaan de prognoses van het CBS zeker niet fundamenteel naar beneden bijstellen. Integendeel. Het hele rapport ademt acceptatie van het gegeven dat immigratie de Nederlandse samenleving de komende decennia ingrijpend zal blijven veranderen. Maar de overheid moet die immigratie van de WRR wel beter proberen te beheersen en beter te faciliteren.

Meer achtergrond over de demografische ontwikkelingen in veel Europese landen: Meer baby’s, meer macht

Kijk naar Canada, met zijn streefcijfers en ‘welkomstcentra’

Nederland – aldus vrij vertaald het rapport – ís de facto al een immigratieland, nu moet het er beleidsmatig alleen nog naar gaan handelen. Bijvoorbeeld door goed te kijken naar een officieel immigratieland als Canada en daarvan ook dingen over te nemen. Zoals die streefcijfers en ‘welkomstcentra’ voor álle immigranten, van asielmigrant tot expat. Gemeenten moeten van de WRR een centrale rol krijgen in het immigratiebeleid, en ook de vrijheid om migranten te selecteren op het lokale profiel.

In dat opzicht staan er veel voorstellen in, die zeker het overdenken waard zijn. En die – gezien het hoge aandeel Wiardi Beckman Stichting in de achtergrond van de denktank-leden – vermoedelijk ook wel een rol gaan spelen in de komende formatie. De voorstellen lezen bijna als een blauwdruk voor een kabinet van VVD, CDA en PvdA.

Tegelijk blijft het opmerkelijk: Canada als lichtend voorbeeld voor Nederland. Canada heeft nog geen 4 inwoners per vierkante kilometer, Nederland honderd keer zoveel. Je zou zeggen: het is toch vooral Canada dat nog wel wat gezelligheid kan gebruiken.