De Gezondheidsraad adviseert alle kinderen van twaalf jaar en ouder te vaccineren met het coronavaccin Pfizer/BioNTech. Het voorstel stond de afgelopen weken al ter discussie. Wat zijn de voors en tegens? Vier vragen en antwoorden.
1.Wat is het advies van de Gezondheidsraad?
De Gezondheidsraad adviseert alle kinderen van twaalf jaar en ouder uit te nodigen voor een coronaprik. Zij moeten dan het vaccin van Pfizer/BioNTech krijgen. Naast medische overwegingen heeft de Raad ook ethische en juridische argumenten gewogen.
Een coronavaccinatie levert tieners directe en indirecte gezondheidswinst op, oordeelt de Gezondheidsraad. Hoewel een coronabesmetting bij tieners vaak mild verloopt, wijst de Raad op de gevaren van ‘MIS-C’, een zeldzame, maar ernstige ontstekingsreactie. Ook is de ontwikkeling van langdurige klachten (long COVID) – dit komt voor bij zowel volwassenen als kinderen – een argument om een prik te halen.
Indirect kan de vaccinatie van alle twaalf- tot en met zeventienjarigen bijdragen aan het afremmen van de epidemie, zegt de Gezondheidsraad. Door tieners te vaccineren, neemt de viruscirculatie in die groep af. Dat is gunstig, want zo verkleint de kans op beperkende maatregelen voor kinderen, zoals quarantaine voor schoolklassen of het sluiten van scholen.
De Gezondheidsraad wijst ook op de nadelen van vaccinatie voor tieners. Het vaccin van Pfizer heeft bijwerkingen, maar die zijn mild van aard en verdwijnen meestal na een paar dagen. Er zijn ook meldingen van ontsteking van de hartspier (myocarditis) en ontsteking van het hartzakje (pericarditis) na COVID-19-vaccinatie. Maar het beloop hiervan was meestal mild, zegt de Gezondheidsraad. Bovendien is het nog onduidelijk in hoeverre deze bijwerkingen zijn gerelateerd aan vaccinatie met Pfizer. ‘Myocarditis en pericarditis komen ook voor bij een infectie met het coronavirus zelf,’ schrijft de Raad.
Het Europees Geneesmiddelenagentschap EMA doet onderzoek naar deze specifieke bijwerkingen. Eerder oordeelde EMA al dat het coronavaccin van Pfizer/BioNTech veilig is voor jongeren van twaalf jaar en ouder.
2.Wat zijn de argumenten voor en tegen?
Het belangrijkste argument om coronavaccins aan te bieden aan de hele groep twaalf- tot en met zeventienjarigen is een gemeenschappelijk belang. De groep beslaat circa 1 miljoen kinderen en als daarvan een groot deel wordt gevaccineerd, krijgt de vaccinatiegraad een flinke oppepper. Demissionair minister van Volksgezondheid Hugo de Jonge (CDA) en het RIVM hebben al opgemerkt dat ze voorstander zijn omdat het de R-waarde in het najaar met 15 procent zou kunnen doen dalen.
Maar er is ook kritiek op het voornemen om coronavaccins te gaan verstrekken aan tieners. Tegenstanders wijzen erop dat de kans dat een kind ernstig ziek wordt als gevolg van het coronavirus zeer klein is. Mogelijk is de kans op een bijwerking zelfs groter dan de kans op een ernstig verloop van COVID-19 als het kind niet wordt gevaccineerd.
Uit Amerikaans onderzoek bleek dat bij 1 op de 15.000 vaccinaties met Moderna of Pfizer een ontsteking van de hartspier kan optreden. Deze bijwerking, die niet heel gevaarlijk is en goed valt te verhelpen, doet zich vooral vooral bij jongens tussen de twaalf en achttien jaar. Vaccineren levert daarom geen direct medisch voordeel op voor het kind.
Sommige kinderen worden al gevaccineerd
Kinderen in deze leeftijdsgroep met een verhoogd medisch risico, hebben een tweemaal zo grote kans als hun leeftijdsgenoten op een ernstig verloop van COVID-19. Het dubbele van heel weinig is nog steeds heel weinig, maar de Gezondheidsraad achtte het eerder wel verstandig om kinderen in deze categorie alvast uit te nodigen voor vaccinatie.
Tegenstanders vinden daarom dat kinderen op deze manier worden gebruikt om andere groepen uit de wind te houden. Dat sentiment wordt versterkt door uitspraken van kinderarts en OMT-lid Karoly Illy, die voorstander is van vaccineren van kinderen, en zijn standpunt verdedigde door te zeggen dat deze kinderen anders tweederangsburgers worden. Ook zouden we door het vaccineren van kinderen lockdowns kunnen voorkomen waarvan juist kinderen zo’n last hebben.
Critici vinden dat de wereld op zijn kop: zij zijn vaak sowieso tegenstanders van lockdowns, maar vinden bovendien dat die nu als chantagemiddel worden ingezet. Laat je niet vaccineren? Dan gaat je school misschien weer op slot.
Een laatste argument voor is van praktische aard. De meeste volwassenen kunnen tegen het eind van de zomer met een vaccinatiebewijs weer overal zonder problemen binnen en op reis. Kinderen onder de twaalf zijn meestal vrijgesteld van deze beperkingen. Maar juist die groep daartussen, van twaalf tot achttien, zal nog een tijdlang zijn veroordeeld tot herhaaldelijk testen om te kunnen deelnemen aan onderwijs en allerlei sociale activiteiten. Dat zou met een vaccin ook verleden tijd zijn.
3.Wie beslist of een kind wordt gevaccineerd?
Dat hangt af van de leeftijd van het kind. Om te beginnen moet er natuurlijk de mogelijkheid bestaan om als kind een vaccin te krijgen. Op dit moment is die er alleen voor kinderen met een medische indicatie. Anderen kunnen tot op heden niet zelf een vaccin regelen voor een minderjarige. Pas als de vaccins worden vrijgegeven voor alle kinderen tussen twaalf en zeventien jaar, kunnen burgers zelf beslissen. Van een door de overheid opgelegde vaccinatieplicht zal in elk geval geen sprake zijn, net zomin als bij volwassenen.
Kinderen van zestien en zeventien jaar mogen, net als bij andere medische vraagstukken, zelf beslissen, zonder tussenkomst van hun ouders of verzorgers. Voor kinderen tussen twaalf en vijftien ligt het wat ingewikkelder. Ook deze kinderen mogen in principe zelf beslissen of ze wel of geen prik willen, maar dat moet in samenspraak met de ouders. Kinderen die per se een vaccin willen, terwijl hun ouders dat niet willen, kunnen er een krijgen. Andersom mogen ouders een kind niet dwingen een vaccin te nemen als het dat niet wil.
Tot slot speelt hier nog de kwestie of ouders en kinderen alleen de mogelijkheid krijgen om een vaccin te krijgen, of dat de overheid actief campagne gaat voeren en kinderen gaat uitnodigen voor de prik. Om tegenstanders tegemoet te komen, zou de overheid kunnen overwegen terughoudend te zijn met het aanbieden van vaccinaties voor kinderen.
4. Wat doen andere landen?
Lees ook: Wat er misgaat bij Testen voor Toegang
Momenteel krijgen tieners die dat willen in onder meer Duitsland, Frankrijk, Oostenrijk en Italië een vaccin. Meer Europese landen overwegen hetzelfde te doen of gaan binnenkort hiertoe over. Net als in Nederland prikken Portugal en het Verenigd Koninkrijk op dit moment alleen nog jongeren in de risicogroep.
Buiten Europa komen tieners in de Verenigde Staten, Canada en Israël in aanmerking voor een coronavaccin. De meeste landen vaccineren deze leeftijdsgroep pas als er genoeg vaccins beschikbaar zijn en de meeste volwassenen zijn geprikt.