Ook wegtransport en gebouwen moeten een CO2-beprijzing krijgen, vindt Frans Timmermans. West-Europa kan zich daarin grotendeels wel vinden. De Oost-Europese lidstaten liggen dwars: zij voorzien logistieke en sociale problemen.
Dat de Europese Unie uit meerdere unies bestaat, weten we al langer. Als het om financiën gaat, was er altijd een noordelijk blok (de sobere of zelfs vrekkige landen) en het zuidelijke, waar iets lichtzinniger wordt omgesprongen met de overheidsfinanciën. Maar nu ook Nederland en Duitsland strooien met miljarden euro’s in allerhande fondsen, is dat verschil steeds meer verwaarloosbaar.
Luister ook de nieuwste aflevering van de podcast BruXL met René van Rijckevorsel (tekst gaat hieronder verder):
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."
Als het om andere zaken gaat, materieel én immaterieel, zien we de laatste jaren op veel fronten een steeds hardere grens tussen West- en Oost-Europa. Denk aan het opnemen van asielzoekers, denk aan LBGTQ, denk aan de rechtsstaat, maar denk vooral ook aan de (kosten van de) energietransitie.
Waarvoor staat ETS ook weer? ETS staat voor Emission Trade System en is het handelssysteem in Europa voor CO2-uitstoot van de industrie. Een bedrijf moet in dat systeem voor elke ton (1000 kilogram) CO2 die het uitstoot één emissierecht inleveren. Die emissierechten kunnen worden gekocht en verhandeld. Het ETS dwingt de Europese industrie om geleidelijk naar nul uitstoot in 2057 te gaan. Maar bedrijven krijgen steeds minder emissierechten gratis en moeten steeds meer kopen. Bovendien stijgt de gemiddelde prijs van een emissierecht. Het Planbureau voor de Leefomgeving verwacht dat die prijs in 2030 €40 tot €50 per emissierecht zal bedragen. In 2018 was dat nog 8 euro.
Niet bepaald gezellig in Brussel
Eerder deze week kwamen de milieuministers van de Europese Unie bijeen in Brussel. Ze hadden het niet bepaald gezellig. Ze bespraken namelijk een plan van de Europese Commissie (lees: Europees Commissaris Frans Timmermans) om een parallel emissiehandelssysteem (ETS, zie kader) te creëren voor wegvervoer en gebouwen, die dan net als de industrie moeten gaan betalen voor hun CO2-uitstoot.
Dit past in de ambitie van de Europese Unie om in 2050 klimaatneutraal te zijn. Het eerste doel is 2030. Dan moet de CO2-uitstoot met 55 procent zijn gereduceerd ten opzichte van 1990 (‘Fit for 55’).
De herziene verordening inzake CO2-emissienormen voor auto’s en bestelwagens, al in juli door de Commissie ingediend, wil de emissiedoelstellingen tot 2030 verhogen en een verbod op de verkoop van nieuwe diesel- en benzinevoertuigen tegen 2035. Nu mogen in de Europese Unie geproduceerde auto’s 95 gram koolstof per gereden kilometer uitstoten. De Commissie wil dat dit tegen 2030 met 55 procent is teruggeschroefd, met als doel nul gram in 2035. Dat laatste geldt ook voor bestelauto’s. Dan rolt er dus geen benzine- of dieselauto meer van de band.
Energierekening van burgers en bedrijven gaat fors omhoog
In de praktijk zal het erop neerkomen dat de energierekening van burgers en bedrijven fors omhooggaat en dat aan de pomp nog meer moet worden betaald. Die ‘belasting’ moet dan weer ten goede komen aan een ‘klimaatfonds’ voor arme Europeanen die geen elektrische auto kunnen betalen en hun huizen niet kunnen isoleren.
Laden…
Al vanaf €15 per maand leest u onbeperkt alle edities en artikelen van EW. Bekijk onze abonnementen.
Bent u al abonnee en hebt u al een account? log dan hier in
U bent momenteel niet ingelogd of u hebt geen geldig abonnement.
Wilt u onbeperkt alle artikelen en edities van EW blijven lezen?
Wilt u opnieuw inloggen