Landbouwminister Henk Staghouwer (ChristenUnie) wil géén rigoureuze vleestaks. Hij zegt in weekblad EW dat vlees voor alle inkomensgroepen betaalbaar moet blijven. Bezwaren van een Kamermeerderheid tegen zijn ‘plannen’ voor een heffing op vlees, noemt hij ‘allemaal onzin’. Sowieso vindt hij dit niet het geschikte moment om levensmiddelen in prijs te verhogen. ‘Vlees alleen voor de rijken? Nee! Kom op, zeg.’
Eind maart berichtte minister Staghouwer van Landbouw, Natuurbeheer en Voedselkwaliteit dat hij een vervolgonderzoek zou laten instellen naar een heffing op vlees om duurzame veehouderij te bevorderen. Bij de linkerhelft van de Kamer kon hij op nogal wat instemming rekenen. Maar de coalitiepartijen VVD en CDA, plus de rechtse oppositie en de SP, verklaarden zich fel tegen een ‘vleestaks’.
Meer over dit onderwerp: Waarom de overheid wil dat u minder vlees eet
De minister schreef dat onderzocht moest worden ‘hoe een heffing op vlees met een terugsluis richting de producerende sector uitvoering kan krijgen’. Kamerleden legden dit uit als een definitieve stap naar een vleesbelasting, waarbij alleen nog de wijze van uitvoering onder de loep moet worden genomen.
Tijdens een parlementaire commissievergadering nam minister Staghouwer al wat van zijn voorstel terug. Hij probeerde kritische Kamerleden gerust te stellen door te zeggen dat hij een verkenning laat uitvoeren naar ‘een mix van instrumenten, waaronder een vleestaks’.
Plannen voor vleestaks? ‘Allemaal onzin’
In een interview met EW zegt Staghouwer nu dat hij verkeerd is begrepen en dat zijn onderzoeksopdracht door Kamerfracties en media in een verkeerd daglicht is gesteld. ‘Allemaal onzin,’ stelt hij. ‘Vlees alleen voor de rijken? Nee! Kom op zeg! Het gaat mij erom dat er een reële prijs wordt bepaald.’
De minister relativeert zijn plannen door te zeggen dat het slechts een onderzoek betreft naar inkomens in de agrarische sector en dat de conclusie ook kan luiden dat er juist géén belasting op vlees moet worden geheven. ‘Er komt een onderzoek naar inkomensverbetering voor duurzaam producerende boeren. Misschien is de conclusie dat prijsregulering niet werkbaar is. Sowieso moeten we oppassen nu. De inflatie is 12 procent, alles wordt duurder en dit is een slecht moment om prijzen te verhogen.’
De minister vindt wel dat consumenten relatief weinig van hun inkomen besteden aan voedsel en dat boeren daardoor worden gedupeerd. ‘De Nederlander geeft 8 procent van zijn inkomen uit aan voedsel. In België, Duitsland, Frankrijk is dat 14 tot 16 procent. Zulke verschillen hebben effect. Nederlanders geven weinig uit aan voedsel. Dat gaat ten koste van de boer,’ zegt Staghouwer in EW.
Lees het volledige interview met de minister van Landbouw