Hoe groot (en erg) is voorzieningenkloof tussen stad en platteland?

Borger-Odoorn heeft een laag voorzieningenniveau, maar het sociale klimaat is er zeer harmonieus. Foto: ANP

Eén van de 25 aanbevelingen aan het kabinet die Johan Remkes op woensdag 5 oktober presenteerde, is moeilijk grijpbaar. ‘Benoem en adresseer het onderliggende sentiment’, staat in het adviesrapport. Remkes wijst op een groeiende afstand tussen stad en platteland. Die zit hem in verschillen in sociale en culturele waarden en in economische kansen, en in het verdwijnen van voorzieningen als de laatste school, bushalte en pinautomaat. Hoe groot is de voorzieningenkloof tussen stad en platteland?

Gespreksleider Remkes constateert dat mensen uit de stad en van het platteland elkaar minder zijn gaan begrijpen. Dat bewoners van  landelijk Nederland vinden dat zij moeten opdraaien voor problemen die ze in de stad ervaren. En dat de verschillen in culturele waarden toenemen.

Het is nog niet zo eenvoudig om vast te stellen of het platteland, waar de boeren doorgaans leven en werken, werkelijk wordt achtergesteld bij de steden, of dat dat vooral een gevoel is. En wat zijn precies verschillen in culturele waarden? En is iedereen die buiten de grote stad woont een plattelander? Is elke boer een plattelander? Delen plattelanders in Limburg dezelfde waarden als die in Groningen? Het is voer voor sociologen.

Voorzieningenarme buurten

Met harde, ruimtelijk-economische gegevens is het wel mogelijk om regionale en zelfs lokale verschillen in voorzieningenniveau inzichtelijk te maken. In Beste gemeenten 2022, het jaarlijkse onderzoek van EW in samenwerking met Bureau Louter, is voor 10.099 buurten vastgesteld in hoeverre inwoners toegang hebben tot voorzieningen – van winkels en horeca tot onderwijs en zorg. Daarbij is rekening gehouden met omvang, variëteit, kwaliteit en nabijheid van die voorzieningen, dus niet alleen binnen de eigen, afgebakende buurt of gemeente.

Op onderstaande kaart is per buurt het relatieve voorzieningenniveau weergegeven. Plekken met een groene stip hebben een hoge score: deze topbuurten zijn allemaal gelegen in of tegen steden. En Amsterdam biedt het meeste gemak.

De gele stippen geven de vijftig meest voorzieningenarme plekken aan. Het gaat om 34 buurten in landelijke gemeenten en 16 in buurten in meer suburbane gemeenten of regionale kernen, onder meer in Terneuzen en Emmen.

Lokale voorzieningen

Profijt van faciliteiten per buurt

 

Dat er een verschil in voorzieningenniveau is tussen stad en platteland is vrij logisch: hoe meer mensen ergens wonen, hoe groter en diverser het aanbod. En een laag voorzieningenniveau wil niet direct zeggen dat een buurt onleefbaar is.

Harmonieus leefklimaat

Met Beste gemeenten wordt naar veel meer aspecten gekeken die van invloed kunnen zijn op de kwaliteit van de woonomgeving. Rust, ruimte, veiligheid en een harmonieus leefklimaat vind je eerder in landelijke gebieden dan in de stad, zo blijkt uit de onderzoeksresultaten.

De onderzoekers toonden eerder al aan dat plattelanders andere eisen stellen aan hun woonomgeving dan stedelingen. Voor onderstaande kaart is per postcodegebied nagegaan of de woonomgeving er vooral aantrekkelijk is voor inwoners uit de stad of van het platteland, of voor (geen van) beiden.

Stad en land

Woonaantrekkelijkheid per postcodegebied

Bron: Beste gemeenten 2021, EW/Bureau Louter

Het kaartje laat zien dat er verschillen zijn tussen stedelijke en meer landelijke gebieden, maar ook dat dat helemaal geen probleem hoeft te zijn: veel plattelanders huiveren bij de gedachte ooit in een stad te moeten wonen. En omgekeerd geldt hetzelfde.

Deskundigen waarschuwen echter voor het punt waarop een te groot tekort aan basisvoorzieningen leidt tot een negatieve spiraal: als een dorp geen school meer heeft, kan het ook minder aantrekkelijk zijn voor een jonge huisarts die een woonplek zoekt waar hij of zij zich met het gezin kan vestigen. Landelijk beleid, bijvoorbeeld met betrekking tot onderwijsvoorzieningen, kan zo grote gevolgen hebben voor de leefbaarheid in kleine dorpsgemeenschappen.

De vijftig voorzieningenarme buurten zijn het kwetsbaarst. Kan de overheid iets voor die plekken betekenen? Misschien kan ze in de eerste plaats proberen om zoveel mogelijk ruimte te bieden aan goede initiatieven en niet in de weg lopen met nog meer regels en procedures.