Het Landbouwakkoord werd vorige week opnieuw uitgesteld na een nacht lang vergaderen. Dat is ook niet zo gek, want het kabinet wil een norm instellen voor een maximaal aantal koeien per hectare. Die norm treft bijna vijfduizend boeren, eenderde van alle melkveehouders, schrijft Joan Zijerveld.
Een heikel punt in het overleg is de bovengrens van het aantal koeien per hectare. De vraag is of er een bovengrens moet komen en waar deze dan moet komen te liggen. Die grens zou rond de 2,3 ‘grootvee-eenheden’ per hectare komen te liggen.
Boerenorganisatie LTO is tegen een bovengrens. Uit de cijfers blijkt waarom. Bijna vijfduizend bedrijven zouden hierdoor worden geraakt. De meest intensieve boerderijen liggen in de provincies Noord-Brabant en Overijssel. Deze bedrijven moeten -als de plannen doorgaan- in elk geval een gedeelte van de koeien afvoeren. Boerderijen met nauwelijks grond moeten bij het instellen van een norm bijna al hun dieren wegdoen.
Uit de landelijke ontwikkeling blijkt dat het totaal aantal bedrijven tussen 2012 en 2021 is afgenomen van meer dan 16.000 bedrijven naar ongeveer 14.000 bedrijven. In bijna tien jaar zijn er 2.000 boerderijen minder. Het aantal bedrijven dat ‘boert’ boven de grens van 2,3 koeien per hectare neemt ook verder af. Dat zal in ieder geval een opsteker zijn voor het kabinet.