Links doet te veel aan zeven-vinkjes-politici, vind je het gek dat het slecht gaat

Gaby Perin-Gopie, Volt. ANP SEM VAN DER WAL

Bij de verkiezingen werd het linkse ‘blok’ in de Kamer opnieuw een stuk kleiner. Daar gaat het gek genoeg weinig over. EW vroeg daarom uiteenlopende linkse denkers en doeners om een kritische blik in de spiegel. Waar ligt het toch aan? In deze editie een gesprek met Gaby Perin-Gopie (37), senator van Volt.

Gaby Perin-Gopie

Gaby Perin-Gopie groeide op in Zoetermeer en werkte na haar studie bij diverse ministeries. Daarna was Gaby Perin-Gopie voorzitter van CNV Zorg & Welzijn. Sinds juni 2023 is Gaby Perin-Gopie fractievoorzitter van Volt in de Eerste Kamer.

‘Als kind was ik al bezig met politiek. Mijn opa was een heel geëmancipeerde, progressieve man. Elke vrijdagavond kwam hij bij ons thuis in Zoetermeer. Om acht uur keken we samen naar het NOS Journaal – het Achtuurjournaal was voor hem heilig. Over politiek hadden mijn opa en ik een klik.

‘Politiek was in mijn omgeving een ver-van-mijn-bed-show. De gesprekken met mijn opa gingen over politiek als theater, entertainment. Show. Als kind dacht ik niet dat politiek er was om maatschappelijke problemen op te lossen. Of over ons leven ging, onze problemen. Politiek was iets van ­oudere witte mannen met een das. Of ze nou links of rechts waren. In mijn omgeving droeg niemand een das.

‘Iedereen in de Eerste Kamer is echt ontzettend vriendelijk. Maar dat gevoel dat het theater is, heb ik nog wel. Het zit in de taal, de kleur, de generatie. Vrouwen zijn nog steeds in de minderheid, ik ben hier de enige fractievoorzitter van kleur. De gemiddelde leeftijd is rond de zestig, en dat is dan de jongste Eerste Kamer ooit.

‘En het zit ‘m ook in privileges.

Sylvana Simons

‘Ik ben in armoede opgegroeid, mijn moeder stond er alleen voor met drie dochters. De meeste Kamerleden hebben in hun leven vaker de wind mee gehad, en hebben een mooi netwerk.

Zeven vinkjes, om met Joris Luyendijk te spreken. Mensen die op mij lijken, zie ik nog veel te weinig. De Nederlandse bevolking is veranderd, maar de volksvertegenwoordiging is onvoldoende meeveranderd. Daarom was ik zo blij met iemand als Sylvana Simons in de politiek.

‘Aan de intenties ligt het niet. Maar politici spreken beleidstaal, niet de taal van de samenleving. Hun beeld van de werkelijkheid is theoretisch: mooie vergezichten of juist doemscenario’s.

De werkelijkheid van alledag kennen ze slecht. Als de politiek spreekt over kwetsbare mensen, krijgen die niet het gevoel dat het over hen gaat. Er is een mismatch met hun ervaringswereld.

Wachtgeld

‘Die kloof zie je terug in het beleid, met oplossingen die niet passen bij de leefwereld van mensen. Ik zou onder het leenstelsel nooit zijn gaan studeren. Ik ben opgevoed met: géén geld uitgeven dat je niet hebt. Beginnen over broccoli eten tegen kinderen uit achterstandswijken die met een lege maag naar school gaan: dat werkt niet.

‘Dat noem ik zeven-vinkjes-politiek. Ik wil het niet over andere politici hebben, en ik weet dat Frans Timmermans de beste intenties heeft. Maar ik zou dat ongemak over het Brusselse wachtgeld hebben gevoeld nog voordat ernaar was gevraagd.’

 

Schrijf u in voor onze middagnieuwsbrief

Met de gratis nieuwsbrief EW middag wordt u dagelijks bijgepraat met commentaren en achtergronden bij de belangrijkste nieuwsverhalen.