Factcheck: hoe duurzaam zijn biomassacentrales?

De Amercentrale in Geertruidenberg, waar biomassa wordt gestookt. Foto: ANP

Wil Nederland de doelen van het Klimaat-akkoord van Parijs halen, dan moet het aan het werk. EW zoekt uit welke initiatieven kunnen helpen. Wat is te verwachten van biomassa?

In het Klimaatakkoord van Parijs uit 2015 staat dat Nederland in 2030 55 procent minder broeikasgassen moet uitstoten dan in 1990. In 2050 moet het land klimaatneutraal zijn. Dat betekent meer duurzame energie opwekken en het gebruik van fossiele brandstoffen tot een minimum beperken.

Het ombouwen van bestaande kolencentrales tot biomassacentrales is een van de mogelijke initiatieven om die klimaatdoelen te halen. Vanaf 2030 is steenkool namelijk verboden als energiebron. De laatste vijf kolencentrales in Nederland moeten overstappen op verbranding van biomassa: hout, mest, voedselresten en andere materialen van organische oorsprong.

Het ombouwen van zo’n grote centrale duurt ongeveer een jaar en kost volgens Andre Bosman, directeur van energiebedrijf Uniper Benelux, tussen 500 miljoen en 1 miljard euro. Is het zo veel geld waard? Gaan biomassacentrales helpen de klimaatdoelen te halen?

Demissionair minister voor Klimaat en Energie Rob Jetten (D66) zei eerder dit jaar nog subsidie te willen verlenen aan biomassacentrales. Nu al is in Nederland rond de 40 procent van alle energie die als hernieuwbaar wordt beschouwd, afkomstig uit biomassa. Met de subsidiëring van nieuwe centrales zal dat percentage nog stijgen.

Maar niet veel later viel in het Hoofdlijnenakkoord tussen PVV, VVD, NSC en BBB te lezen dat ‘zo snel mogelijk wordt gestopt met het subsidiëren van bio-energie gecombineerd met CO2-opvang en -opslag en biomassacentrales’.

Biomassa veroorzaakt giga-uitstoot

Een biomassacentrale gebruikt als brandstof meestal hout dat is versnipperd en tot pellets samengeperst. Die gaan de verbrandingsoven van de centrale in. De hitte die daarbij vrijkomt, verwarmt water, dat vervolgens verdampt. Net als bij een gascentrale bouwt deze stoom druk op, waardoor turbinebladen beginnen te draaien. Een generator zet de rotatie van de bladen om in elektri­citeit. Dit is vergelijkbaar met hoe een dynamo werkt.

Heet water dat overblijft, is ook te gebruiken voor verwarming, door transport via ondergrondse waterleidingen naar huizen en gebouwen. De afgekoelde waterdamp condenseert en kan opnieuw worden verhit, waarmee de cyclus weer van voren af aan begint.

Voorstanders van biomassacentrales noemen ze duurzaam, terwijl ook deze fabrieken koolstofdioxide (CO2) uitstoten. Sterker nog, bij verbranding van hout komt tot wel 20 procent meer CO2 vrij dan bij steenkool- of gasverbranding, berekende adviesbureau DNV GL in 2019. Ook leidt houtverbranding tot meer stikstof en fijnstof in de lucht.

Maar de bossen waaruit het hout wordt gehaald, slaan CO2 uit de lucht op, roepen voorstanders. Dus de CO2 die vrijkomt bij de verbranding wordt door de nieuwe bomen in dat bos weer uit de lucht gehaald. Daarmee, zo is de redenering, is het verbranden van biomassa klimaatneutraal.

Nederland heeft niet genoeg ‘duurzame’ biomassa

Dat is een papieren werkelijkheid. Wat de voorstanders vergeten te vermelden, is dat het tientallen jaren duurt voordat de nieuw aangeplante bomen evenveel CO2 opnemen als er vrijkomt bij de houtverbranding. Want hoeveel CO2 een boom opneemt, hangt af van de soort boom, de leeftijd en de dikte van de stam.

Bovendien telt biomassa alleen als duurzame energiebron indien geproduceerd uit resthout, oftewel hout dat overblijft bij zagerijen of in de houtverwerkende industrie.

Alleen heeft Nederland daarvan niet genoeg. Martijn Katan, hoogleraar voedingsleer aan de Vrije Universiteit Amsterdam, rekende uit dat als alle bomen in Nederland zouden worden gekapt voor biomassacentrales, het hout na twaalf maanden volledig is verbrand.

Daarom haalt Nederland hout uit het buitenland. Een streng certificeringssysteem moet tegengaan dat dit bijdraagt aan illegale kap en het verdwijnen van biodiversiteit.

Weggegooid geld

Maar vorig jaar bleek uit onderzoek van het Internationaal Consortium van Onderzoeksjournalisten juist dat houtpellets van ’s werelds grootste biomassaproducent Enviva afkomstig zijn van illegaal gekapt hout uit beschermde gebieden in de Verenigde Staten. Enviva levert onder meer aan centrales van de energiebedrijven RWE en Uniper in Geertruidenberg, de Eemshaven en Rotterdam.

RWE en Uniper kregen van het ministerie van Economische Zaken subsidies van respectievelijk 2,67 miljard en 630 miljoen euro om met biomassacentrales ‘groene’ stroom te produceren, op voorwaarde dat de biomassa duurzaam is gewonnen.

Eind 2022 meldde een klokkenluider, een oud-medewerker van Enviva, aan nieuwssite Mongabay dat het bedrijf aan de lopende band oerbomen kapt en bijdraagt aan ontbossing in het zuidoosten van de Verenigde Staten. Volgens de European Academies Science Advisory Council (EASAC) zijn de miljardensubsidies voor biomassacentrales dan ook weggegooid overheidsgeld.

Emeritus hoogleraar evolutionaire ecologie Louise Vet (70) kan er kort en bondig over zijn. Volgens de oud-directeur van het Nederlands Instituut voor Ecologie is een biomassacentrale alles­behalve duurzaam. ‘Zo’n centrale heeft het tegenovergestelde resultaat: meer uitstoot van CO2 in plaats van minder. De rest is daarom niet relevant. Dit moet gewoon stoppen.’

Vet is zeker niet de enige die vindt dat biomassacentrales Nederland niet gaan helpen zijn klimaatdoelen te halen. Bomen groeien simpelweg te traag en de centrales verbranden te snel. Dat het nieuw te vormen kabinet ze niet langer wil subsidiëren, is verstandig.

Schrijf u in voor onze middagnieuwsbrief

Met de gratis nieuwsbrief EW middag wordt u dagelijks bijgepraat met commentaren en achtergronden bij de belangrijkste nieuwsverhalen.