Tegen de verwachtingen in en ondanks alle linkse argwaan, kan het kabinet-Schoof een succes worden. Maar pas op voor ‘de valkuil’ van het eigen profiel.
Haagse kabinetten treden altijd onder donkere wolken aan. Hoe lang zal dit goed gaan? Straks valt de economie tegen. De eerste financiële lijken rollen al uit de kast. Zo wordt ook over het kabinet-Schoof gesproken.
Lees ook: Deze ministers stonden op de bordestrappen
De linkse oppositie denkt dat het binnen een jaar of anderhalf jaar kan vallen. Te onervaren, te onderling verdeeld. Maar in de hoekjes van het parlementsgebouw voorspellen connaisseurs dat het ook heel anders kan lopen. ‘Misschien wordt het wel een succes,’ zei een hoge ambtenaar met een lange staat van dienst.
PVV-onderhorigen
Een eerste factor voor succes is een zekere onbevangenheid van de bewindslieden. Linkse fracties preken hel en verdoemenis, dus moeten bewindslieden rustig reageren. Ze vallen meteen in hun bestuurlijke rol. Schoof I is geen ruig vechtkabinet.
Je zag het aan Ruben Brekelmans (VVD), minister van Defensie. Tijdens zijn hoorzitting in de Tweede Kamer confronteerde Hanneke van der Werf (D66) hem met zijn uitspraken in EW van een jaar geleden.
Brekelmans zei toen als eerste VVD’er dat de liberalen voor een stevig immigratiebeleid misschien bij de PVV van Geert Wilders moesten aankloppen. Hoe keek Brekelmans daarop terug?
In de vraag van de D66’er lag besloten dat de nieuwbakken minister zou moeten toegeven dat hij de VVD-verkiezingsnederlaag had veroorzaakt en dat hij zijn partij had gereduceerd tot een stelletje PVV-onderhorigen. Brekelmans hield het hoofd koel. Zonder te vluchten voor zijn uitspraken, zei hij ‘dat het naderhand allemaal veel groter werd gemaakt’.
Lees ook: Is NSC de zwakke schakel van het kabinet Schoof?
Laagdrempelige democratie
De linkse oppositie laat zich leiden door eigen verontwaardiging over de PVV-coalitie. Kijk eens wat Wilders allemaal twittert!
Maar de werkelijkheid is dat Wilders alles mag roepen, als het maar geen repercussies heeft voor de inhoud van het beleid. De PVV-leider zit krap in zijn politieke personeel. Hij weet dat hij geen bewindslieden kan wegsturen, want hij vindt moeilijk vervangers. Dat is de tweede factor voor stabiliteit van het kabinet-Schoof. Dit zijn de mensen die het met elkaar moeten rooien.
Bovendien heeft elk beginnend kabinet bij de kiezers een sympathie-factor. Opgewonden media beweren dat de crisis al zit ingebakken, maar kiezers zijn benieuwd. Eerst kijken wat het wordt.
Dat is ook zo mooi aan die dagen in Den Haag als de oude ploeg afscheid neemt en verse bewindslieden hun opwachting maken. Het illustreert de laagdrempelige democratie.
Caspar Veldkamp (NSC) liep gehaast door de Kamer. Weldra zou hij minister van Buitenlandse Zaken worden. Hij moest dossiers lezen en zijn taak als migratiewoordvoerder overdragen aan nieuwkomer Diederik Boomsma.
Valkuil
Moest Veldkamp niet naar de Independence Day-receptie van de Amerikaanse ambassade? Ja, hij had een uitnodiging. Maar hoe kwam hij zo snel in Wassenaar? ‘Mijn fiets is veel te oud. Totaal versleten.’
Veldkamp kon op het station een ov-fiets huren. Maar het leek een beetje raar voor een aankomend chef diplomatie om zich op zo’n geel-blauw vehikel bij de fietsenstalling te melden, terwijl voorganger Hanke Bruins Slot (CDA) in de ambassadetuin een prachtige toespraak hield over de Sunset March, het dagelijkse eerbetoon aan geallieerde militairen op een brug in Nijmegen. Dus nee, Veldkamp kon er helaas niet bij zijn.
Het typeert de ingetogenheid van nieuwe bewindslieden. Ze weten zich kwetsbaar en vermijden elke schijn van hooghartigheid. Staatssecretaris Gijs Tuinman (BBB) van Defensie sprak in zijn hoorzitting zelfs over ‘de valkuil van mijn profiel’.
Hij diende bij de Special Forces in Afghanistan. Kreeg de Militaire Willems-Orde. Hij is de oorlogsheld in de ploeg. Tuinman bekende dat hij eens per twee weken een paar uurtjes incommunicado zal zijn, want dan gaat hij kitesurfen op de woeste Noordzee. ‘Om even weer dat gevoel te hebben dat je niet alles onder controle hebt,’ zei Tuinman. Kamerleden knikten: verstandige praat.
Goedkoop trucje
Volgens een antieke spelregel in Den Haag mag je bewindslieden nooit lastigvallen met wat ze als Kamerlid beweerden. Onfatsoenlijk om ze te confronteren met woorden die ze in een andere rol bezigden.
In de polarisatie van de jaren zeventig en tachtig vervaagde die regel. Door eerdere uitlatingen in herinnering te roepen, werd de onwaarachtigheid van bewindslieden helder.
De linkse oppositie hanteerde het goedkope trucje tijdens de hoorzittingen, maar het sloeg dood door die nuchtere opstelling van de nieuwe ploeg. Met Marjolein Faber, PVV- minister van Asiel en Migratie, voorop, zeiden ze allemaal: ‘Klopt, maar ik heb nu een andere functie.’
Hi, Mark Rutte hier
Bescheidenheid is ook premier Dick Schoof op het lijf geschreven. Zeker, hij krijgt het lastig. De leiders van de vier regeringspartijen willen vanuit de Kamer het kabinet vierendelen. Schoof is partijloos, waardoor hij een netwerk mist van mannetjes en vrouwtjes in het land.
VVD-voorganger Mark Rutte was de hele dag aan het telefoneren. Moest er iets in Rotterdam gebeuren, dan belde hij een VVD-wethouder daar. Ging het over Groningen, dan had hij daar een vertrouweling direct aan de lijn: ‘Hi, Mark Rutte hier.’
Schoof volgt de ambtelijke lijn en is niet zo van de geitenpaadjes. Onder de huidige omstandigheden is dat wellicht beter. De premier is eerste onder zijns gelijken. Niet meer en niet minder.
Formele verantwoordelijkheid, geen binnenweggetjes. Daarmee houdt Schoof ook de opdringerige vier fractieleiders – Wilders, Dilan Yeşilgöz (VVD), Pieter Omtzigt (NSC) en Caroline van der Plas (BBB) – op veilige afstand.