Minister Marjolein Faber (PVV, Asiel en Migratie) riep woensdag 21 augustus een asielcrisis uit in ‘bomvol’ Nederland. Al snel krabbelde ze terug: wettelijk is die asielcrisis nog geen feit. Vijf vragen over wat Faber te doen staat en de juridische hobbels die ze kan verwachten.
1. Hoe kan Faber een asielcrisis uitroepen?
Hoe machtig ministers ook zijn, met woorden alleen kunnen zij weinig veranderen. Op dit moment bestaat er juridisch gezien geen asielcrisis, met daaraan verbonden bevoegdheden en maatregelen.
Wil Faber formeel een asielcrisis uitroepen, dan moet er eerst een ‘asielcrisiswet’ komen, die het concept van een asielcrisis introduceert. Zo’n wet moet er volgens het Hoofdlijnenakkoord tussen PVV, VVD, NSC en BBB ‘direct’ komen. De minister zal er dan ook op rekenen dat de wet met steun van de coalitie door het parlement komt.
2. Wat komt er in die asielcrisiswet te staan?
Onder meer intrekking van de Spreidingswet, waar voormalig VVD-staatssecretaris Eric van der Burg nog zo hard voor had gevochten, en een lange lijst aan maatregelen.
De belangrijkste – en juridische meest riskante – maatregel: een ‘asielstop’, die vooral de PVV zo begeert. Deze asielstop kan maximaal twee jaar duren, waarbij Nederland ook lopende aanvragen niet meer zal behandelen. In die periode is het recht op opvang ‘sterk beperkt en versoberd’.
Ook verbiedt de wet voorrang voor statushouders bij de toewijzing van sociale huurwoningen. Illegalen worden zo nodig gedwongen uitgezet.
3. Zal de asielcrisiswet in de praktijk standhouden?
Dat lijkt een illusie. De kans is levensgroot dat rechters (delen van) de wet in strijd met het Europees recht zullen verklaren.
Europese asielregels zijn er in overvloed. Zo zijn er diverse asielverordeningen en -richtlijnen, en moeten landen volgens het Werkingsverdrag van de EU een ‘gemeenschappelijk beleid inzake asiel’ voeren in overeenstemming met het VN-Vluchtelingenverdrag. Op grond van deze regels moet Nederland vluchtelingen asiel verlenen.
In de Europese wetgeving is onder meer vastgelegd dat wie vlucht voor oorlog of geweld, in Europa asiel krijgt. Wie denkt tot deze groep te behoren, moet de gelegenheid krijgen om een aanvraag te doen. Aanvragen niet in behandeling nemen en mensen terugsturen naar de gevaarlijke plek waar zij vandaan komen, is op grond van het zogeheten non-refoulement-beginsel verboden.
Al zestig jaar geleden maakte het Europees Hof van Justitie via het zogeheten Costa/ENEL-arrest duidelijk dat EU-lidstaten hun ‘soevereiniteit hebben begrensd’ en ‘een rechtsstelsel in het leven hebben geroepen, dat bindend is zowel voor hun onderdanen als voor henzelf’. De rechter zal dus altijd Europese regels voorrang geven op daarmee strijdige nationale wetten.
Oftewel, zoals het kabinet via de Rijksoverheid-webpagina over de aanpak van de vluchtelingencrisis nog altijd meldt: ‘Een asielstop invoeren is niet mogelijk.’
4. Kan Nederland ook niet een beetje afwijken van de Europese norm?
De Europese asielregels moeten voorkomen dat asielzoekers gaan ‘shoppen’, met als gevolg dat het ene land er veel meer moet opvangen dan het andere. Een voor asielzoekers ongunstiger beleid voeren dan wat Europees is afgesproken, zoals Nederland na het invoeren van de asielcrisiswet zou doen, mag daarom niet.
De gelijkheidsdrang gaat zo ver, dat zelfs als een land voor asielzoekers gunstigere regels wil invoeren, dit alleen onder strenge voorwaarden mag.
5. En wat nou als de rechter de asielcrisiswet toch toestaat?
Dan kan de Europese Commissie nog altijd een ‘inbreukprocedure’ tegen Nederland beginnen vanwege het schenden van het Europees recht. In zo’n procedure kan de Commissie uiteindelijk een zaak aanspannen bij het Europees Hof van Justitie.
Onlangs waarschuwde Eurocommissaris Ylva Johansson (Migratie) al dat het kabinet sowieso eerst toestemming van de Commissie moet vragen voor de verregaande asielplannen. Gezien de strenge Europese regels is een volmondig ‘ja’ uit Brussel niet te verwachten. Zelfs in het onwaarschijnlijke geval dat de Commissie ermee zou instemmen, kan zo’n traject maanden kosten, of zelfs meer.
Dat Faber na het uitroepen van de asielcrisis al snel terugkrabbelde met de opmerking dat dit nog geen ‘wettelijke’ crisis is, lijkt dus een verstandige reddingsactie.