Van alle geregistreerde verdachten van een misdrijf in Nederland in 2013 was 20 procent een buitenlander. Ruim de helft van deze groep, 10 procent van alle verdachten, heeft geen vaste woon- of verblijfplaats in ons land.
Het gaat bij de laatstgenoemde groep om 31.000 mensen: toeristen, seizoenarbeiders, illegalen en rondreizende criminele bendes, meldt het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) dinsdag.
Zonder vast adres
Vijf jaar eerder, in 2007, was nog 7 procent van alle verdachten een buitenlander zonder vast adres. Waar komen zij vooral vandaan? Uit de cijfers van het CBS blijkt dat het aantal verdachten uit Oost-Europese landen sinds 2007 sterk is toegenomen.
De grootse groepen Oost-Europese verdachten in 2013 waren de Polen (8.200) en Roemenen (5.800). Verder zijn 1.700 Bulgaren en 1.500 Litouwers als verdachte geregistreerd. De grootste toename van het aantal verdachten is te zien bij de Roemenen.
Toetreding
De geschetste ontwikkeling is deels te verklaren door de toetreding van het aantal Midden- en Oost-Europese landen tot de Europese Unie, meldt het statistiekbureau. Door de toetreding van landen als Polen, Bulgarije en Roemenië is het aantal werknemers en immigranten sterk toegenomen, van 98.000 naar 238.000. Zo is het aantal immigranten uit Polen sinds 2007 met 150 procent gegroeid.
Vorig jaar kwam de politie nog een nieuwe vorm van paspoortfraude op het spoor. Oost-Europese criminelen bleken in Nederland verschillende identiteiten te hebben, waardoor zij meerdere keren uitkeringen en toeslagen kunnen aanvragen. Voor inwoners uit EU-lidstaten Roemenië en Kroatië (toegetreden in 2013) is het toegestaan om meerdere keren van identiteit te wisselen.