Wat Tweede Kamer te zeggen heeft over Griekenland-akkoord

''

Om het budgetrecht van de Tweede Kamer niet uit te hollen, hebben Kamer en kabinet afspraken gemaakt over hoe te handelen als sprake is van een crisis in de eurozone, en landen om financiële bijstand vragen.

De procedure ervoor is vastgelegd in een zogenoemd ‘informatie­protocol’. Dit protocol geeft aan hoe het kabinet de Tweede Kamer betrekt bij steunaanvragen. De procedure is te vergelijken met de gang van zaken bij de inzet van het Nederlandse leger.

Daarvoor bestaat de artikel-100-procedure, die betrekking heeft op het verstrekken van inlichtingen aan de Kamer voordat tot de inzet of het ter beschikking stellen van de krijgsmacht wordt overgegaan.

Visie

Het komt erop neer dat het kabinet het parlement moet informeren over de inzet van militairen bij de handhaving of bevordering van de internationale rechtsorde. Dat gebeurt via een brief waarover wordt gedebatteerd in de Tweede Kamer.

Na het moeizaam bevochten akkoord met de Grieken van afgelopen maandagochtend 13 juli heeft het kabinet de Tweede Kamer geïnformeerd. Pas later in de week stuurde het kabinet zijn visie op het Brusselse akkoord naar de Kamer.

Daarover hebben de Kamercommissies Financiën en Europese Zaken vervolgens 16 juli met het kabinet gedebatteerd. De woordvoerders Europese Zaken en Financiën zijn ervoor teruggekeerd van reces. Ook bij het vervolg van het steunproces aan Griekenland blijft het parlement betrokken.

Geldschieters

De volgende stap is een telefoonronde onder de ministers van Financiën in hun rol van bestuur van het Europees Stabiliteitsmechanisme dat het licht op groen moet zetten voor de onderhandelingen van Europese Commissie, de Europese Centrale Bank en het Internationaal Monetair Fonds met Griekenland.

Hieruit volgt het Memorandum of Understanding dat de geldschieters en Griekenland afspreken en dat precies aangeeft wat Griekenland moet doen en wat de geldschieters ertegenover stellen.

Ook over deze tekst wordt de Tweede Kamer geïnformeerd. De ministers van de eurolanden buigen zich er in augustus ook weer over. Mocht er geen tijd zijn geweest om met de Kamer te overleggen, dan kan de minister in het beraad met zijn collega’s een parlementair voorbehoud maken.

Pas als deze procedure – die in alle nationale parlementen van de negentien eurolanden weer anders is – is gevolgd, mag het steunplan gaan werken.

Elsevier nummer 29, 18 juli 2015