Worst was een wereldvermaard wetenschapper en arts, maar vooral uitvinder. Vrijdag 25 september overleed hij, 87 jaar oud.
In de kelder van zijn huis in Haren – eens van de schrijver W.F. Hermans – had oogheelkundige Jan Worst een grote verzameling kadaverogen. Dag en nacht deed hij er onderzoek en zat er wat te ‘prutsen’.
Worst was een wereldvermaard wetenschapper en arts, maar vooral uitvinder. Hij verfijnde de kunststofstaarlens en maakte die ook beschikbaar voor de derde wereld. Jan Worst – getrouwd en vader van twee kinderen – overleed vrijdag 25 september thuis. Hij werd 87 jaar.
Zijn vader was horloge- en instrumentmaker in Arnhem en werkte als amanuensis op een middelbare school. In de oorlog blies Worst als 14-jarige jongen in zijn eentje het gebouw van de Hitlerjugend in Arnhem op. Na verraad van een vriend door marteling werd hij opgepakt en in de jeugdgevangenis hardhandig ondervraagd door de Duitsers. Die ervaring zorgde voor een levenslange afkeer van uniformen en autoriteit.
Uitvinding
Na zijn studie oogheelkunde in Utrecht promoveerde Worst in Groningen. Hij was er chef de clinique van het Academisch Ziekenhuis, maar vertrok in 1968 toen hij – eerste op de voordracht – werd gepasseerd voor de benoeming tot hoogleraar.
Als eerste in Nederland begon Worst een extramurale oogheelkundige kliniek in Groningen en een maatschap van oogartsen in het Refaja Ziekenhuis Stadskanaal.
In zijn kelder ontdekte Worst de mogelijkheid om een kunstlens vast te maken aan de iris. Zijn vrouw Anneke zag de commerciële mogelijkheden van de uitvinding en richtte in 1983 Ophtec BV op.
Zoon Erik-Jan (55) leidt het florerende familiebedrijf, met tweehonderd medewerkers en wereldwijd vestigingen. ‘Mijn vader was de ideeënman, onze instrumentmakers voerden zijn vondsten uit. Hij dacht tegen de stroom in en hield niet van routine.’
Eén van de patiënten die Worst behandelde, was topvoetballer Willem van Hanegem. Die was begin jaren tachtig vrijwel blind en kreeg dankzij de lenzen van Worst zijn zicht terug.
Piano
Omdat hij veel levens tegelijk leefde, had haar vader volgens dochter Marjan (52) altijd tijd tekort. ‘Hij at snel en ging dan weer naar de kelder om te werken. Elke avond speelde hij piano om zijn vingers soepel te houden. In de kelder en op zolder maakte hij medische demonstratiefilms, waarvoor hij meerdere internationale prijzen won.’
Medisch onderzoeker en publicist Pek van Andel (71) werkte vanaf eind jaren zeventig met hem samen. ‘Hij is van veel mensen leermeester geweest, maar als empirist vooral ook van zichzelf. Jan was erudiet en op veel levensterreinen nieuwsgierig.’
Worst ontdekte dat het slachtoffer van de Leidse balpenmoord in 1991 was overleden door een ongelukkige val met haar oog op een pen in haar hand en zorgde zo voor een doorbraak in de rechtszaak.
Tot op hoge leeftijd bleef Worst betrokken bij het familiebedrijf en verrichtte nog oogoperaties. Zijn hoofd stond nooit stil.
Elsevier nummer 41, 10 oktober 2015