De Turkse oud-minister van Europese Zaken, Ali Haydar Konca, legt zondag een krans bij het Almelose monument ter nagedachtenis aan de Armeense genocide. Konca stapte eerder op als minister in de regering van de Turkse president Recep Tayyip Erdogan omdat hij de genocide niet vrijelijk mocht erkennen.
Konca, huidig parlementslid in Turkije namens de pro-Koerdische partij HDP, zal zondagochtend om 10.00 uur in de Armeens Apostolische Kerk in Almelo kennis maken met de Armeense gemeenschap.
Vervolgens zal hij namens zijn partij een krans leggen bij het monument dat herinnert aan de Armeense genocide die dit jaar precies honderd jaar geleden werd gepleegd door de Ottomanen.
Erkenning
Konca erkent als één van de weinige Turkse politici dat deze massaslachting heeft plaatsgehad. Hij stapte eerder op als minister in de regering van Erdogan omdat hij toen niet de vrijheid had om de Armeense genocide te erkennen.
‘Terwijl de Nederlandse regering uit angst voor Erdogan zich nog nooit bij dit monument heeft laten zien, komt deze Turkse minister gewoon wel,’ zegt het Almelose gemeenteraadslid Robin Gelici tegen elsevier.nl. ‘Ik zie Rutte dit niet doen’. Het steekt de Armeense gemeenschap dat de Nederlandse regering officieel nog altijd van ‘de kwestie van de Armeense genocide’ spreekt in plaats van simpelweg de ‘Armeense genocide’ te erkennen.
Frictie
Ondanks dat de massaslachtingen meer dan honderd jaar geleden werden aangericht, zorgt de genocide nog altijd voor frictie tussen Turken en Armeniërs, ook in Nederland.
Turkije ontkent dat het Ottomaanse Rijk zich destijds schuldig heeft gemaakt aan het systematisch uitmoorden van honderdduizenden Armeniërs, Arameeërs, Ponto-Grieken en Assyriërs. Het land spreekt over ‘gezamenlijke pijn’ die door de Eerste Wereldoorlog is ontstaan. Het Turkse wetboek van Strafrecht verbiedt zelfs het spreken over de Armeense genocide van 1915.
Het is om die reden dapper te noemen dat politici als Konca de Armeense genocide wel durven te benoemen. De voorzitter van de Turkse Arbeidersvereniging HTIB, Mustafa Ayrancı, werd bedreigd nadat hij de genocide had erkend. Ook Ayrancı zal zondag bij de bijeenkomst aanwezig zijn.