Nationale en internationale veiligheidsdiensten kunnen onmogelijk alle migranten die Europa binnenkomen controleren. Daardoor bestaat de kans dat ook jihadisten gebruik maken van de huidige migrantenstroom.
Dat is een van de conclusies uit het meest recente dreigingsbeeld van de Nationaal Coördinator Terrorismebestrijding (NCTb) dat maandag verscheen. Elsevier.nl licht de belangrijkste punten uit het rapport toe:
1. Jihadisten tussen migranten
‘Door de grote toestroom in de Schengenzone is het internationaal niet mogelijk alle personen nauwkeurig te identificeren en te screenen’, stelt het rapport. De NCTb geeft toe dat het daarom het vrijwel onmogelijk is om te weten hoeveel jihadisten ons land precies binnenkomen. Ook tast de NCTb in het duister wat de ‘daadwerkelijke dreiging’ is van deze groep.
NCTb-baas Dick Schoof zegt ‘een enkel zorgelijk signaal’ te hebben ontvangen over jihadisten die naar Nederland komen om een aanslag te plegen. Er zijn echter geen bevestigde gevallen bekend.
2. Opkomst extreemrechts
Volgens het verslag zijn rechts-extremisten in Nederland actiever geworden door de migrantencrisis. Extreemrechtse groeperingen proberen in te spelen op de groeiende onvrede over de stroom migranten die naar Nederland komt. Ze houden demonstraties, bekladden opvangplekken en bedreigen politici. ‘Dat kan de lokale democratische besluitvorming ondermijnen,’ schrijft het rapport.
3. Nederlandse IS-strijders
Het rapport concludeert dat de terreurdreiging tegen Nederland de afgelopen tijd is toegenomen. Een reden daarvoor zou zijn dat een aantal Nederlandse IS-strijders in Syrië wordt opgeleid om aanslagen te plegen in westerse landen.
Ook spelen enkele Nederlanders een prominente rol in de propaganda van IS en Jabhat al-Nusra. Elke maand reizen gemiddeld vijf Nederlanders naar Syrië. Tot 1 oktober 2015 waren dat er in totaal 220.
4. Dreigingsniveau
De NCTb meldt dat het officiële dreigingsniveau ‘substantieel’ blijft. Dat betekent dat de kans op een aanslag in ons land reëel is. De dreiging gaat uit van zowel internationale en lokale groepen, als eenlingen, aldus Schoof.