Waarom klimaatzaak tegen ING weinig kans van slagen heeft

Actievoerders van Milieudefensie protesteren op 23 oktober 2024 bij het hoofdkantoor van ING in Amsterdam tegen de miljardeninvesteringen van de bank in fossiele energie. (Foto: ANP)

In dit artikel

De feiten: Milieudefensie begint nieuwe klimaatzaak tegen ING

Milieudefensie zit na de nederlaag in haar klimaatzaak tegen Shell niet bij de pakken neer. Volgende week bezorgt de milieuorganisatie een dagvaarding bij ING, de grootste bank van Nederland.

Volgens Milieudefensie moet ING zijn beleid in lijn brengen met de doelen van het Klimaatakkoord van Parijs.

ING moet in 2030 de CO2-uitstoot halveren van projecten waaraan de bank bijdraagt met leningen en investeringen, eist de milieuorganisatie.

Ook dient de bank volgens Milieudefensie te stoppen met het financieren van olie- en gasbedrijven die nog nieuwe winningslocaties aanboren. Tevens moet ING een ‘goed klimaatplan’ eisen van alle grote bedrijven die het financiert.

Wie zegt wat over de klimaatzaak tegen ING?

  • ‘ING verergert als meest vervuilende bank van Nederland gevaarlijke klimaatverandering,’ zegt Donald Pols, directeur van Milieudefensie.
  • De eisen van Milieudefensie zijn ‘niet realistisch of redelijk’, zegt ING. De bank gaat liever ‘het gesprek aan’.
  • ‘Een klimaatzaak tegen een financiële instelling is uniek, zelfs wereldwijd,’ zei hoogleraar privaatrecht Elbert de Jong (Universiteit Utrecht) eerder tegen Advocatenblad.

EW’s visie: Milieudefensie hoeft geen hoge verwachtingen te koesteren

Door: Maria Bouwman, redacteur Onze overheid

Op grond van het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens hebben bedrijven een verantwoordelijkheid in de strijd tegen klimaatverandering. Dat oordeelden zowel rechtbank als hof in de Shell-zaak (die Milieudefensie uiteindelijk verloor). Maar wat Milieudefensie van ING wil, is meer dan dat.

Milieudefensie eist een inperking van uitstoot die niet alleen komt door zaken waar de bank rechtstreeks zeggenschap over heeft. Bijvoorbeeld het energielabel van hun panden, en hoe vaak medewerkers het vliegtuig nemen.

Klimaatzaak: ING’s invloed op CO2-uitstoot

De eis over het stoppen met financiering van olie en gas, die Milieudefensie na het verliezen van de Shell-zaak toevoegde, heeft nog wel enige kans van slagen. Daarover heeft ING immers direct zeggenschap. En dat deze activiteiten slecht zijn voor het milieu, is wel duidelijk.

De vraag is of dat ook geldt voor de geëiste halvering van de uitstoot van ING-klanten in 2030. Bij een fossielgigant als Shell ligt het voor de hand dat klanten die hun tank bij Shell volgooien, met die benzine CO2-uitstoot zullen veroorzaken.

Maar hoeveel zicht heeft ING op wat zijn gemiddelde klant met een lening doet?

De onderbouwing van Milieudefensie

Voor beide eisen is het daarnaast de vraag of de rechter zo streng wil zijn als Milieudefensie vraagt. In het hoger beroep in de Shell-zaak liep Milieudefensie in november nog stuk op het concretiseren van de zogeheten reductieverplichting.

Milieudefensie moet dus beargumenteren: waarom ING, waarom halveren, en waarom in vijf jaar?

De eisen en percentages van Milieudefensie tegen Shell waren weliswaar gebaseerd op algemeen geaccepteerde wetenschappelijke inzichten, maar hielden geen rekening met de specifieke omstandigheden van Shell.

Onderbouwing bij klimaatzaak ING

Het is de vraag of Milieudefensie in de zaak tegen ING wél een op de bank toegespitste onderbouwing heeft voor de geëiste halvering van de uitstoot in 2030.

Nederlandse rechters zijn, zo blijkt uit de Urgenda-zaak, in principe wel bereid tot het opleggen van klimaatverplichtingen. Maar die moeten dan wel concreet zijn, en gericht aan het juiste adres.

Of de eisen van Milieudefensie tegen ING daaraan voldoen, is zeer de vraag.