‘Alternatieve’ dodenherdenking? Ook op de Dam mag je 2 minuten aan Gaza denken

28 april 2025
Bloemen bij het Nationaal Monument op de Dam. (Foto: Kim van Dam/ANP)

In dit artikel

De feiten: Rumoer rond 'alternatieve dodenherdenking'

Bron: VVD, The Rights Forum, Femke Halsema.

Dodenherdenking zou dodenherdenking niet zijn, als er geen gedonder was. Dit jaar is er het nodige rumoer rond een ‘alternatieve dodenherdenking’ op 4 mei in Den Haag: ‘4 mei inclusief’ geheten. Tijdstip is 7 uur ‘s avonds, als ook het programma van de Nationale Dodenherdenking in Amsterdam begint.

Zorgen over 4 mei

Het ‘inclusieve’ slaat volgens de initiatiefnemers op het feit dat bij deze dodenherdenking ruimte is ‘om de slachtoffers van de genocide op de Palestijnen te herdenken’. Die initiatiefnemers noemen zichzelf ‘een comité van rijksambtenaren en oud-diplomaten’. De pro-Palestijnse mensenrechtenorganisatie The Rights Forum heeft zich aan het initiatief verbonden.

Minister van Justitie David van Weel (VVD) zegt zich zorgen te maken over een rustig verloop van 4 mei. Aanleiding was de pro-Palestijnse demonstratie op Eerste Paasdag in hartje Rotterdam. Die maakte duidelijk dat andermans geliefde tradities niet heilig zijn voor pro-Palestijnse activisten, in dit geval aangevoerd door een groep imams.

Jurgen Nobel (VVD), staatssecretaris van Participatie en Integratie, sloot zich bij de minister aan. ‘Ik hoop dat mensen zich normaal gedragen en we een waardige Dodenherdenking hebben,’ zei hij bij Goedemorgen Nederland (WNL).

Veiligheidsmaatregelen minder draconisch

Gelukkig is er ook positief nieuws over de Nationale Dodenherdenking in Amsterdam. De veiligheidsmaatregelen op de Dam zijn dit jaar, op zondag 4 mei, nog steeds fors. Maar gelukkig wel veel minder draconisch dan vorig jaar.

Toen mocht uit angst voor pro-Palestijnse ‘lawaaidemonstraties’ en andere verstoringen maar de helft van het normale aantal bezoekers de herdenking bijwonen. Dat leverde intens treurige beelden op van een half lege, verregende Dam. Dit jaar is de herdenking gelukkig weer vrij toegankelijk, zo maakte de Amsterdamse burgemeester Femke Halsema woensdag 23 april bekend.

Wie zegt wat over de (alternatieve) Nationale Dodenherdenking?

  • Femke Halsema (GroenLinks-PvdA), burgemeester van Amsterdam: ‘Wij hechten zeer aan de traditie om in volle openbaarheid onze nationale doden te herdenken. Maatregelen zoals die vorig jaar zijn getroffen, doen afbreuk aan deze traditie en dienen daarom uitzondering te zijn.’
  • Het Comité Alternatieve Nationale Dodenherdenking 4 mei in een persverklaring: ‘We doen dit niet omdat we tegen het herdenken van de slachtoffers van de Tweede Wereldoorlog zijn maar omdat we juist de vurige belofte van toen – “nooit meer” – in stand willen houden. Voor alle mensen die vervolgd worden om wie ze zijn. De slachtoffers van toen én de slachtoffers van nu. De Holocaust had nooit mogen gebeuren. En mag ook geen legitimatie zijn voor de genocide in Gaza.’
  • Ankie Broekers-Knol (VVD), voormalig voorzitter Eerste Kamer bij WNL: ‘4 mei is stilstaan bij het leed van toen én alle oorlogshandelingen daarna waarbij Nederlanders zijn overleden. Dat is gewoon 4 mei. Dan moet je het op een andere dag doen.’
  • Centraal Joods Overleg op de eigen website: ‘Een zgn. alternatieve herdenking tijdens de Dodenherdenking op 4 mei is een provocatie jegens datgene wat Nederland samenbindt, jegens onze collectieve historie en het is een beschamende wanvertoning jegens de nog levende oorlogsgeneratie van verzetsdeelnemers en oorlogsslachtoffers en hun nazaten.’
  • Leonie Durlinger van het Nationaal Comité 4 en 5 Mei (organisator van de officiële dodenherdenking op de Dam) in De Telegraaf: ‘Er is ook allerlei ander wereldleed en het is goed om stil te staan bij wat er anno nu gebeurt. Maar overal is een plaats en tijd voor. Doe dat op een ander moment.’
  • Nogmaals het Comité Alternatieve Nationale Dodenherdenking 4 mei: ‘Temidden van het uitzichtloze oorlogsgeweld van nu, hebben veel Nederlanders de behoefte om álle slachtoffers van oorlogsgeweld – mede door toedoen of nalaten van de Nederlandse staat – een plek te geven.’

EW’s visie: Geen traditie is al zo ‘inclusief’ als Nationale Dodenherdenking

Door: Gertjan van Schoonhoven, adjunct-hoofdredacteur

In de naoorlogse geschiedenis van de 4 mei-traditie is bepaald geen gebrek aan ‘alternatieve’ herdenkingen en ander rumoer. Om 8 uur ‘s avonds mag het dan 2 minuten stil zijn, in de aanloop er naartoe is gekrakeel al sinds de jaren vijftig heel normaal.

Alternatieve herdenkingen waren zeker in de jaren zestig en zeventig aan de orde aan de dag. Toen was de oorlog in Vietnam de aanjager, nu is dat Gaza. Ook emanciperende minderheidsgroepen roerden zich vaak rond 4 mei met ‘eigen’ herdenkingen.

Voor protestbewegingen zijn herdenkingsdagen als 4 (en 5) mei ideaal, schrijft historicus Ilse Raaijmakers in haar boek De stilte en de storm. ‘Media-aandacht en publieke verontwaardiging’ zijn gegarandeerd.

4 mei is een grassroots-traditie

Het rumoer over de alternatieve herdenking in Den Haag doet in dit licht een beetje overdreven aan. Van oorsprong is ‘4 mei’ een echte grassroots-traditie, met veel ruimte voor lokaal, particulier initiatief.

Een gecentraliseerde Nationale Herdenking die eigenlijk geen concurrentie duldt van ‘alternatieve’ herdenkingen op hetzelfde tijdstip gaat in tegen de geest van de oorspronkelijke ‘4 mei’ (die overigens in Den Haag begon).

Dat gezegd hebbende: de bewering van de organisatie van de alternatieve dodenherdenking in Den Haag dat de Nationale Herdenking in Amsterdam niet ‘inclusief’ zou zijn, is wel een beetje mal. Als nou één traditie ‘inclusief’ mag heten, dan is het wel 4 mei.

Het aantal Nederlanders dat tijdens de Nationale Herdenking officieel wordt herdacht, is sinds de oorlog verdertigvoudigd: van 10.000 naar bijna 300.000. Dit omdat steeds meer maatschappelijke groeperingen in de herdenking worden opgenomen: tot en met Nederlandse militairen die sneuvelden tijdens hedendaagse vredesoperaties.

Het begon eens met alleen leden van het verzet. De 100.000 vermoorde Nederlandse Joden moesten wachten tot de jaren zestig voor ze werden herdacht op 4 mei.

Nog inclusiever

Daar komt nog iets bij. De alternatieve herdenking wil dat het nóg veel ‘inclusiever’ (en ‘actueler’) wordt: álle slachtoffers van oorlogsgeweld, waar ook ter wereld, moeten op 4 mei worden herdacht. ‘Iedereen die slachtoffer is vanwege diens identiteit.’

Daar wordt de Nationale Herdenking niet per se duidelijker van, en de band met Nederland wordt helemaal losgelaten.

Los daarvan: wat het Haagse comité wil, kan natuurlijk allang. Iedereen mag om 8 uur ‘s avonds, in die 2 minuten stilte, op de Dam, thuis voor de tv of in een auto langs de snelweg, denken aan wie of wat hij wil. Aan slachtoffers waar ook ter wereld, in welke oorlog dan ook.

Geen Nationaal Comité dat zich daarmee kan bemoeien. Kan het inclusiever?

Verdere verdieping: Hoe het afliep met een eerdere 'alternatieve dodenherdenking'

Van 4 mei 1968 tot en met 4 mei 1988 was er, nota bene aan de Dam, in Hotel Krasnapolsky, een alternatieve herdenking, georganiseerd door de stichting J’Accuse, het levenswerk van de Joodse Holocaustoverlevende Han Wielek. Wel ging het om een ‘aanvullende’ herdenking, aansluitend op de officiële.

Wielek vond dat de dodenherdenking in Amsterdam – toen nog een lokale aangelegenheid, en niet de Nationale Herdenking – moest worden ‘geactualiseerd’. Het moest op 4 mei ook over Vietnam en het Zuid-Afrika van de Apartheid gaan, vond Wielek.

Het kan verkeren. De nazit van de Nationale Herdenking op de Dam voor genodigden is tegenwoordig in… Hotel Krasnapolsky.

In het licht van de ‘alternatieve herdenking’ in Den Haag, valt het op hoe respectvol die Amsterdamse voorloper eigenlijk was opgezet. Na afloop van en aanvullend op de reguliere herdenking. Niet tegelijkertijd mét. Zo kan het dus ook.

Verder lezen over de dodenherdenking?