Deze week wordt in studentensteden gedemonstreerd tegen het leenstelsel. Studenten eisen de schuldenvrije basisbeurs terug en met terugwerkende kracht compensatie voor de ‘pechgeneratie’ die studeerde vanaf 2015. De kans is groot dat een nieuw kabinet een streep door het studievoorschot zet, want alleen de VVD wil het behouden. Toch wegen de voors van het leenstelsel nog altijd zwaarder dan de tegens, schrijft Ruud Deijkers.
Het aantal studenten in het hoger onderwijs is toegenomen van 479.000 in 2001 tot ruim 770.000 in 2020. De vraag was en is wie al die studies betaalt: de studenten (en hun ouders) zelf, of de samenleving? Op dit moment betaalt het Rijk het grootste deel: 8.000 euro per student per jaar. Studenten leggen zelf 2.143 euro collegegeld in.
Van studenten wordt sinds 2015 verwacht dat zij in elk geval hun collegegeld en kosten voor levensonderhoud zelf betalen. De gedachte is dat het betalen van studiekosten een investering is die zich na afstuderen terugbetaalt met een goede baan. Inderdaad, uit het jaarlijkse onderzoek Studie & Werk van EW en SEO Economisch Onderzoek blijkt dat de meeste afgestudeerden uiteindelijk goed terechtkomen.
Actie richten op kredietverstrekkers
Om aan geld te komen, kunnen studenten een bijbaantje nemen of geld lenen van de overheid. En als ouders onvoldoende kunnen bijdragen, krijgen studenten een aanvullende beurs die zij niet hoeven terug te betalen als zij binnen tien jaar afstuderen. Niet voor niets heet het een sociaal leenstelsel.
Laden…
Al vanaf €15 per maand leest u onbeperkt alle edities en artikelen van EW. Bekijk onze abonnementen.
Bent u al abonnee en hebt u al een account? log dan hier in
U bent momenteel niet ingelogd of u hebt geen geldig abonnement.
Wilt u onbeperkt alle artikelen en edities van EW blijven lezen?
Wilt u opnieuw inloggen