De stijging van het aantal positieve testen verraste het demissionaire kabinet opnieuw. Waarschijnlijk volgen er maatregelen, maar de vraag is of het kabinet daarmee de geest die zij zelf vrijliet terug krijgt in de fles, schrijft Bram Hahn.
Alsof het coronavirus nog maar eens wil illustreren hoe exponentiële groei er in de praktijk uitziet, zo indrukwekkend hard stijgt sinds twee weken het aantal positieve tests. Dat had geen verrassing moeten zijn, want in het Verenigd Koninkrijk had de Deltavariant van het virus al laten zien zich niet zo veel aan te trekken van het seizoenseffect.
Lees ook: Is een derde prik wel of niet nodig?
De cijfers van de laatste twee weken zijn wat moeilijker te duiden dan voorheen, omdat er veel factoren door elkaar lopen. Sinds 26 juni is bijna alles weer toegestaan, mits dat kan met 1,5 meter afstand. Tegelijkertijd kwam het Testen voor Toegang (TvT) op stoom. En dat tegen de achtergrond van een virusvariant die een stuk besmettelijker is dan zijn voorgangers.
Rol van Testen voor Toegang is beperkt
Het is verleidelijk te denken dat het aantal positieve gevallen zo hard stijgt doordat honderdduizenden zich nu laten testen omdat ze het uitgaansleven in willen. En meetellen doen ze zeker. Maar uit analyse van de tests op alle locaties, zowel GGD, Testen voor Toegang, ziekenhuizen en commerciële testbureaus, blijkt dat die Toegangstesten slechts zo’n 10 procent van het totaalaantal positieve gevallen uitmaken. Van de test bij TvT is minder dan 0,5 procent positief. Niet verwonderlijk, want die mensen hebben geen klachten. Het percentage positief bij de GGD neemt evenwel flink toe, van circa 3 procent twee weken geleden naar 11 procent gisteren.
Laden…
Al vanaf €15 per maand leest u onbeperkt alle edities en artikelen van EW. Bekijk onze abonnementen.
Bent u al abonnee en hebt u al een account? log dan hier in
U bent momenteel niet ingelogd of u hebt geen geldig abonnement.
Wilt u onbeperkt alle artikelen en edities van EW blijven lezen?
Wilt u opnieuw inloggen