Terwijl het rechtse kamp is versplinterd, bouwen Jesse Klaver en Attje Kuiken aan een rood-groen machtsblok. Roelof Bouwman vraagt zich af: wanneer zullen ook Joost Eerdmans (JA21) en Caroline van der Plas (BBB) strategisch denken?
Politiek is vaak een theoretische bezigheid. Toch bestaan er wel degelijk politieke ervaringswijsheden.
Zo is de afgelopen decennia in Nederland ruime expertise opgebouwd met het laten fuseren van politieke partijen. Steevast was de achterliggende gedachte dat nieuwe kiezersgroepen konden worden aangeboord. Wat kwam daarvan in de praktijk terecht?
Prestaties fusiepartijen op een rij
In 1946 werd de Partij van de Arbeid opgericht, als voorzetting van de sociaal-democratische SDAP, de progressieve VDB en de links-protestantse CDU. Bij hun laatste afzonderlijke optreden haalden de drie partijen samen 29,9 procent van de stemmen. De PvdA verbeterde die uitslag pas in 1956, de laatste keer in 1989. Bij de Tweede Kamerverkiezingen van 2017 en 2021 kwam de PvdA niet verder dan 5,7 procent.
In 1972 stonden de katholieke KVP, de gereformeerde ARP en de hervormde CHU voor het laatst op het stembiljet. Ze haalden samen 48 Tweede Kamerzetels en gingen daarna verder als CDA. Alleen in de jaren tachtig, onder Ruud Lubbers, kwam het zeteltal twee keer boven de 50. Sinds 2012 is zelfs 20 zetels te hoog gegrepen voor de christen-democraten.
Lees ook dit commentaar van Gertjan van Schoonhoven: Wat moeten kiezers nou met iets roodgroens of groenroods?
GroenLinks ontstond in 1990 uit een fusie van de communistische CPN, de pacifistische PSP, de radicale PPR en de links-christelijke EVP. Hun beste score bij Tweede Kamerverkiezingen was 16 zetels (1972). GroenLinks schopte het nooit verder dan 14 zetels, sinds de Tweede Kamerverkiezingen van 2021 zijn het er 8.
Ook de ChristenUnie is een fusiepartij. RPF en GPV hadden samen 5 Tweede Kamerzetels toen ze in 2000 besloten gezamenlijk op te trekken. Slechts één keer, in 2006, werd dat resultaat licht verbeterd (6 zetels). Sindsdien is 5 weer het vaste zeteltal van de ChristenUnie.
Eerste fusie van fusiepartijen lijkt aanstaande
Wat we in Nederland nog níet hebben beleefd, is een fusie van twee fusiepartijen. GroenLinks en de PvdA lijken nu van plan daarin verandering te brengen. Na de Eerste Kamerverkiezingen van 30 mei zullen ze een gemeenschappelijke senaatsfractie vormen. Vooruitlopend op een totale samensmelting van beide partijen, ging een aantal veteranen van GroenLinks (Andrée van Es, Bram van Ojik, Bas de Gaay Fortman) en de PvdA (Job Cohen, Diederik Samsom, Hedy d’Ancona) vorige week alvast een dubbellidmaatschap aan.
Als gezegd: fusiepartijen presteren op de kiezersmarkt zelden beter dan hun voorgangers. Grootse verwachtingen van de electorale aantrekkingskracht van het rood-groene samenwerkingsproject hoeft dus niemand te koesteren.
Toch is een fusie een buitengewoon slimme zet. Nederland kent sinds een aantal jaren een genivelleerd politiek landschap zonder grote partijen. En dus heeft het meteen gevolgen als twee kleine partijen besluiten tot krachtenbundeling.
Laden…
Al vanaf €15 per maand leest u onbeperkt alle edities en artikelen van EW. Bekijk onze abonnementen.
Bent u al abonnee en hebt u al een account? log dan hier in
U bent momenteel niet ingelogd of u hebt geen geldig abonnement.
Wilt u onbeperkt alle artikelen en edities van EW blijven lezen?
Wilt u opnieuw inloggen