Excuses voor het slavernijverleden doen onzinnig aan. Helaas zijn ze ook niet vrijblijvend. Zogenaamde slachtoffers proberen munt te slaan uit het overtrokken schuldgevoel van Nederlandse bestuurders, schrijft Gerry van der List.
Voor koningsgezinden met een conservatieve inborst en gezond politiek verstand was 1 juli een zwarte dag. Op die datum wordt Keti Koti gevierd. Dit is een feestje voor Surinamers en Antillianen dat op enorme sympathie van de officiële instanties in Nederland mag rekenen. De publieke omroep maakt er altijd veel tijd voor vrij. De lage kijkcijfers laten dan zien dat de viering van de afschaffing van de slavernij de meeste Nederlanders nauwelijks interesseert.
Dit jaar bestond er toch flinke belangstelling van de blanke buitenwacht. De verwachting was dat de Koning excuses zou aanbieden voor het slavernijverleden. Willem-Alexander bleek zelfs nog verder te willen gaan. In een regenachtig Oosterpark in Amsterdam vroeg hij nederig om vergiffenis. Kranten lieten de maandag erna een reeks hooggeplaatste personen aan het woord die deze koninklijke actie erg prezen.
De veelbesproken kloof tussen elite en volk openbaarde zich hier weer eens overduidelijk. Geert Wilders wierp zich, als zo vaak, op als vox populi en twitterde dat de Koning niet namens hem excuses had aangeboden. De PVV-voorman liet eerder al geen gelegenheid onbenut om zijn ergernis te uiten over de reeks slavernij-verontschuldigingen aan Nederlandse zijde.
Niet namens mij #Koning.
En niet namens miljoenen Nederlanders. #nietnamensons
— Geert Wilders (@geertwilderspvv) July 1, 2023
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."
Laden…
Al vanaf €15 per maand leest u onbeperkt alle edities en artikelen van EW. Bekijk onze abonnementen.
Bent u al abonnee en hebt u al een account? log dan hier in
U bent momenteel niet ingelogd of u hebt geen geldig abonnement.
Wilt u onbeperkt alle artikelen en edities van EW blijven lezen?
Wilt u opnieuw inloggen