Liesbeth Wytzes We hebben veel te veel van alles. Ik ook In mijn kast staat een mand met sokken. Tussen die sokken ligt een heel dik grijs wollen paar, vaak gestopt, vooral bij de grote teen. Die sokken zijn gemaakt door mijn grootmoeder, die ik niet heb gekend en die ze denkelijk in de jaren veertig breide voor mijn vader. Misschien nog wel eerder. Ik draag ze niet meer, want ze zijn heel dik, maar dat heb ik wel gedaan als het echt heel koud was. Die sokken zijn onverwoestbaar, gemaakt voor de eeuwigheid.