NOS Journaal gaat ons voor in weg-met-ons-samenleving

Marcel Gelauff en Rob Trip. Foto:ANP

Ik was van plan er niet over te schrijven, want je kunt niet elke oprisping van onze masochistische, schuldbewuste, weg-met-ons samenleving bijhouden. Ik bedoel natuurlijk de kwestie van ‘blank of wit’. Maar toen viel mijn oog deze zaterdag op een advertentie voor een lid van de Raad van Toezicht van het Rijksmuseum (pardon, Rijks Museum).

‘Bij voorkeur met een cultureel diverse achtergrond’ stond erbij. Nu heb ik in mijn leven veel met diverse vormen van cultuur te maken gehad en in nogal wat culturele besturen gezeten, dus ik wist het zeker: ik was de man die gezocht werd. Totdat ik mij realiseerde dat iets heel anders was bedoeld: het nieuwe lid moet bij voorkeur een ‘niet-Westerse achtergrond’ hebben, want dat is de nieuwe betekenis van ‘divers’. Nu ben ik geboren en ook wel getogen in Azië, maar helaas met de handicap dat mijn ouders blank, pardon wit, waren. Ik voldoe dus niet aan de voorkeur en toen ik dat besefte realiseerde ik mij mijn mission impossible.

Taal is niet meer of minder dan het vehikel waarmee je mededelingen, feiten en meningen overbrengt. Of liever gezegd, dat doe je met woorden en begrippen. De essentie is, dat begrippen worden gedeeld, dus dat veel mensen bij hetzelfde woord hetzelfde (abstracte of concrete) beeld hebben. Vandaar de verbijstering toen Trump in een tweet gewag maakte van covfefe. Wat zou hij dáármee bedoelen?

Over welke kleur hebben we het eigenlijk?

De meeste woorden zijn in de loop van eeuwen ontwikkeld en zijn ook meestal te herleiden. Het intussen nagenoeg verboden woord neger betekende niet anders dan ‘zwart’, naar het Latijnse woord niger. Dus het begrip neger in de ban doen en te vervangen door zwarte is niet veel meer dan een vertaling. Daarvan vervolgens gekleurde maken gaat weer wat verder, maar is onduidelijk, want over welke kleur hebben we het? Er zijn, voor zover ik weet, weinig mensen met alle kleuren van de regenboog.

Dus Marcel Gelauff, hoofdredacteur van het Journaal en opgeleid aan de Sociale Academie waar je vooral leerde over heel andere menselijke roerselen, mocht wat mij betreft de oekaze geven dat blanke mensen voortaan witte moeten heten. En wij mogen dat op onze beurt absolute flauwekul vinden of overdreven politieke correctheid of omgekeerde identiteitspolitiek of zwichten voor een kleine minderheid. In beide gevallen dekt het woord de werkelijkheid niet: mensen die de meerderheid vormen van onze bevolking zijn evenmin wit als blank; zaken die echt helemaal blank of wit zijn noemen we dan ook lelieblank of spierwit of sneeuwwit.

Een ‘negatieve connotatie’

Maar daarnaar was Gelauff niet op zoek: hem was ter ore gekomen dat het begrip ‘blank’ bij onze niet-blanke medeburgers een ‘negatieve connotatie’ had. (Ik kom niet verder dan de dames Sylvana Simons en Gloria Wekker, maar die vormen samen al een soort meerderheid, in Gelauffs ogen). En de Taalcommissie van het Journaal -waarvan tevoren geen mens ooit gehoord had- volgde hem daarin. Misschien kan die Taalcommissie -als-ie dan toch bestaat- iets doen aan het consequent verkeerd leggen van de klemtóón in het Journaal, zoals prócedure, mónarchie, bíjzondere, índrukwekkend. Dát snijdt míj nou door de ziel.

Het is trouwens half werk van die Gelauff. Blanken of witten maken niet meer uit dan zo’n 10% van de wereldbevolking, op z’n hoogst zo’n 850 miljoen op 7,5 miljard. Ik denk dat het zinvoller is en meer conform de mooie inborst van Gelauff en de zijnen, dat we dat handjevol blanken op aarde voortaan niet-gekleurden noemen.