Vanaf 2023 kunnen start-ups hun personeel beter belonen dankzij een fiscale wijziging in de aandelenoptieregeling. Een goede eerste stap, schrijft Jeroen van Wensen.
Net opgerichte IT-bedrijven beschikken in de regel over te weinig geld om werknemers (programmeurs) een hoog salaris te kunnen betalen. Daarom stellen ze naast het lage salaris aandelen in het vooruitzicht (opties op aandelen). Wordt de start-up een succes, dan is het na hard werken voor weinig geld alsnog kassa voor de werknemer.
Fiscale haken en ogen
Maar net als over een ‘gewoon’ salaris, moet over een aandeel dat een werknemer van het bedrijf krijgt, belasting worden betaald. In Nederland komt dat heffingsmoment al vroeg. Bovendien moeten werknemers die deelnemen aan een aandelenoptieregeling in vergelijking met het buitenland relatief veel belasting betalen.
In landen als Israël, Zweden, het Verenigd Koninkrijk, maar zeker ook de Verenigde Staten betalen werknemers minder belasting en ook nog eens op een later moment. Dat laatste is niet onbelangrijk. Kort gezegd betalen werknemers pas belasting over de aandelen op het moment dat de (succesvolle) start-up bijvoorbeeld naar de beurs gaat. De werknemer kan dan een deel van zijn aandelen verkopen, om daarvan de belastingaanslag te voldoen.
In de Nederlandse regeling moet de werknemer afrekenen met de fiscus nog voordat het aandeel verhandelbaar is. Dat betekent dat de werknemer ergens anders geld vandaan moet zien te halen om de belastingclaim te kunnen betalen. Zeker voor jonge techneuten die in de regel over weinig geld beschikken, is dat geen aanlokkelijk idee. En de start-up heeft dat geld meestal ook niet.
Lees ook: Nederland loopt achter
Volgens belangenorganisaties van startende tech-ondernemingen, zoals de Dutch Startup Association en Techleap.nl (met als boegbeeld prins Constantijn) levert Nederland als gevolg van deze ongunstige fiscale regel veel te weinig nieuwe techbedrijven af. Die kunnen eenvoudigweg geen programmeurs krijgen, omdat die liever aan de slag gaan in landen waar de fiscus pas geld komt halen als dat er is.
Na een rondetafelgesprek met onder meer de belangenorganisaties heeft het kabinet besloten een wetsvoorstel dat al even in de wacht stond alsnog naar de Tweede Kamer te sturen. Gaat het parlement akkoord, dan geldt per 2023 de regel dat werknemers pas belasting betalen als het aandeel verhandelbaar is – dus als de werknemer geld heeft om belasting te betalen.
Nog niet perfect
Belangenorganisaties, grote bedrijven, kleine bedrijven en belastingadviseurs vinden de nieuwe regeling om tal van ingewikkelde uitvoeringsredenen nog lang niet perfect, maar ze is in elk geval een eerste stap.