Minister Lodewijk Asscher (PvdA, Sociale Zaken) gaat onderzoeken of een aantal Turkse organisaties de integratie van Turkse Nederlanders beïnvloedt. Hij neemt de organisatie Mili Görüs, de Suleymanci-beweging en het Turkse presidium voor godsdienstzaken Diyanet onder de loep.
Dat schrijft Asscher vrijdag in een brief aan de Tweede Kamer. De minister wil onder meer weten hoe deze organisaties aankijken tegen ‘fundamentele waarden als seksgelijkheid, zelfbeschikkingsrecht, individuele keuzevrijheid en gewetensvrijheid’.
Rapport
Het onderzoek van Asscher is het gevolg van een rapport van het Sociaal Cultureel Planbureau (SCP). Uit het rapport bleek dat de Turks Nederlandse gemeenschap meer in zichzelf is gekeerd dan andere minderheidsgroepen.
Bovendien zijn er zorgen over moskee-internaten die veelal uit Turkse hoek worden gefinancierd. Kinderen, vooral meisjes, groeien daar op buiten de Nederlandse samenleving en komen onvoldoende in contact met de Nederlandse waarden.
Minderheden
Dat Turken vooral gericht zijn op de eigen groep heeft volgens het SCP ook voordelen. Zo zijn de criminaliteitscijfers onder Turken lager dan onder andere groepen minderheden. Daarnaast zijn Turken vaak ondernemers.
De afgelopen weken was er veel te doen om Turken in Nederland. Turkije en Nederland zijn het niet met elkaar eens over de plaatsing van Turkse Nederlandse kinderen bij Nederlandse pleegouders.