Coalitiepartijen CDA en D66 willen dat het kabinet zich uitspreekt over de mensenrechtensituatie in China. Ze vinden dat daar te weinig aandacht voor is in de recente Chinavisie van Stef Blok (VVD), minister van Buitenlandse Zaken. Volgens de twee partijen moet er meer aandacht komen voor de situatie van christenen en de Oeigoeren in het land. De lezers reageerden verdeeld op het voornemen van CDA en D66. Lees een selectie terug.
In de rubriek Reacties op de stelling lichten we een aantal reacties uit. Alleen reacties die onder eigen naam zijn achtergelaten, komen hiervoor in aanmerking.
Bekijk alle reacties op de Stelling van de Dag
Frederik Geubel
Daar heb je weer zoiets. Nederland kan nog maar nauwelijks een eigen beleid voeren t.o.v. China, we zijn gebonden aan de EU. Op het gebied van de handel al helemaal want daar heeft Nederland met zijn paar zeteltjes, eigenlijk helemaal niets meer over te zeggen. U weet wel, Macron en Merkel gaan daar over. Het enige wat misschien te doen valt, is de Chinese invloed en macht te beperken, maar zelfs daarvan ben ik niet zeker hoeveel de EU daarover te zeggen heeft. Nederland kan zich gerust harder uitspreken tegen China, veel zin zal het niet hebben. De positie van de Oeigoeren zal er niet door veranderen, daarvoor is het al te laat nu de helft van de bevolking van Xinjiang al uit Han-Chinezen bestaat. Dezelfde tactiek die de Chinezen in Tibet hebben toegepast. Wie in Nederland maakt zich trouwens druk om Oeigoeren als wij al genoeg te doen hebben met Syriërs en aanverwante volkeren?
T G Zigterman
Het kabinet moet zich harder uitspreken over de schending van mensenrechten en het feit dat China een totalitaire fascistische staat is meenemen in haar keuzes omtrent elk aspect van de relatie met China. Zoals bijvoorbeeld aansluiten bij de Trade War of in ieder geval meer druk op China zetten, met natuurlijke bondgenoten zoals de VS.
Marion Jansen
Maar China trekt zich daar echt niks van aan.
M Versteeg
Iedereen, ook de Nederlandse politiek, weet dat China al sinds Mao een totalitaire communistische staat is die haar burgers onderdrukt en vermoordt. Om zich pas nu uit te spreken over die voortdurende mensenrechtenschendingen is niet alleen hypocriet maar ook naïef. China trekt zich niets aan van de rest van de wereld, en dus al helemaal niet van het nietige Nederland. Maar het is onontbeerlijk om onze eigen gemoedsrust te sussen zodat de snoepreisjes van onze politici (pardon: handelsmissies) naar China vrolijk kunnen blijven doorgaan.
Jacques van Veldhoven
Vrijheid is het hoogste goed van de mens. In Tibet zijn de kloosters verworden tot gevangenissen waarbij de monikken de gehele dag in de gaten worden gehouden. Elke vreedzame uiting van de Tibetaanse indentiteit wordt bestraft met de gevangenis en met marteling waarop soms de dood volgt. En wat geldt voor de Tibetanen geldt ook voor de Oeigoeren. Terreur en buitensporig geweld door de Chineses overheid op toepssing van mensen die een mening hebben die niet strookt met de partijlijn. De mensen in Hongkong zien de bui ook hangen. Maandenlang met tienduizenden elk weekend op de straat tegen de Chinese dictatuur. Elke regering van een democratisch land zou zijn stem moeten verheffen over wat in China gebeurt met de mensenrechten.
J van Deventer
Het is nogal lachwekkend wanneer een land als Nederland, dat een heleboel zaken zelf NIET op orde heeft, aan andere landen wil gaan voorschrijven wat ze moeten doen en laten. De prekende muis vertelt aan de olifant hoe het moet.Wat mij betreft worden de mensenrechten zo goed als totaal geschrapt uit buitenlands beleid. Het is tijd voor een kabinet dat de Nederlandse belangen voorop stelt, dat zich rot schaamt voor de wantoestanden in EIGEN land, dat er alles aan doet om die wantoestanden te beëindigen en dat zich in zijn buitenlands beleid laat leiden door eigenbelang, d.w.z. het Nederlands belang.
W Seffelaar
Wijlen Ruud Lubbers sprak als minister van economische zaken tijdens zijn openingsspeech van een grote Nederlandse handelsmissie annex tentoonstelling in 1973 historische woorden waaruit bleek dat HIJ zijn plaats wel kende, zelfs destijds toen China economisch niets voorstelde.
Hij zei toen dat iemand die op elk willekeurig punt in Nederland een gat dwars door de aardbol zou boren altijd in China uitkomt; het omgekeerde is zeker niet het geval en zo is het nog steeds.