Voor winter 2015/16 zijn veel mannenmode-ontwerpers in Milaan op herhalingsoefening. Met comfortabele, wollige klassiekers laten ze traditie en sport samen optrekken. En het standaard-pak krijgt een update en vertoont zich veelzijdiger.
Voor het keurige pak uit één stof was er het afgelopen weekend bij de shows minder plaats op de catwalk. Voldoende pakken, maar liefst als ‘broken suit’. Jasje en broek lijken daarbij verwant, maar verschillen beslist.
En luxe joggingbroeken nemen vaker de plaats in van de nette pantalon onder jasjes. Sport dringt verder en verder in de klassieke klerenkast en ontwricht prettig de traditie.
Ook bij schoencollecties is er veel sportinvloed. Bij Tod’s is de nieuwste schoen een duidelijke mengeling van een dandyeske én een sportieve stijl: een gepoetste leren sneaker met twee goudkleurige sluitgespjes.
Hogan gaat totaal
Schoenenmerk Hogan klom al eerder omhoog van de sportschoen, waar het merk altijd omdraaide, en presenteerde nu een veelzijdige totaalcollectie.
Die gaf uitstekend de actuele stand van modezaken weer: een huwelijk van sport en traditie. In camel en grijs werd aangetoond dat allerlei klassiekers zoals grote wintermantels zich uitstekend verhouden met jonge casual kleren. Wel een trouwpartij waarbij beide partners duidelijk hun eigen stijl behouden.
Flodderende Versace
Ontwerpers zijn het niet altijd eens. Zo bracht Versace wel veel pakken waarbij jasje en broek overduidelijk van dezelfde familie waren, maar dan alles zo ruim en comfortabel uitgevoerd dat de broeken om de benen slobberden. Een nieuwe richting voor huize Versace waar strak en sexy altijd de stijl bepaalden.
Bij meer sportieve outfits vielen broeken juist weer huidstrak uit, maar daar gingen ze voor een groot deel schuil achter extra lange ‘slobbertruien’ (om weer eens een passend,oud begrip van stal te halen).
De vele extra wijde en soepele kleren, comfortabel flodderend rond het gespierde lijf, overheersten en gaven het idee dat Versace nog altijd toekomst heeft als modemerk.
Neil Barrett: half-om-half
Ook Neil Barrett was altijd de man van scherpgesneden kleren. Zijn collectie werd nu ‘hybride’. Half sport en half klassiek, met veel gebreid goed. Met bandplooien gaf hij zijn man extra ruimte en comfort onder de taille.
Van onderen sloten de broeken weer nauwer aan. Het half-om-half-idee leidde tot geslaagde jassen die deels sportieve parka deels traditionele winterjas waren.
Broken suits bij Zegna
Veel eco-decor bij de Ermenegildo Zegna-show. Enorme aarden wallen en hele bossages. Ontwerper Stefano Pilati bracht veel afwisseling in de Zegna-collectie. Met veel fluweel en laklagen over wol en gelukkig ook veel wol zonder lak. En met veel onnuttige, maar beslist aardig bedoelde ritsen, bijvoorbeeld net onder de elleboog in winterjassen.
Hoofdmoot van de Zegna-mode: ‘Broken Suits‘. Pakken waarvan jasje en broek overeenstemmen, maar net niet op elkaar lijken. Vooral in fluweel leken ze een prima suggestie.
Bottega Veneta jogt superluxe
De kostbare kleren bij Bottega Veneta leken met slordig omgeknoopte dasjes om de blote hals en kreukelige stoffen juist helemaal niet zo duur. Een bewust effect in deze geslaagde collectie. Zelfs traditionele pakken oogden daardoor uiterst comfortabel. Opvallend was de comeback van brede rib-stof.
Een corduroy-pak was wat slanker gesneden, maar verder was er een opvallende tendens naar ruimere vormen, vooral bij broeken. Extra ruime en nonchalante joggingbroeken gingen onder klassieke jasjes en waren zo uitgevoerd dat ze meer voor sier en stad waren gemaakt dan voor actieve sport of onderuitzakken op de bank.
Het decor van de Dolce & Gabbana-show werd gevormd door een enorme, in zwarte kleren gestoken familie. Van grootvaders en grootmoeders, ooms en tantes, neven en nichten en (uiterst geduldige) peuters en baby’s.
Ze zaten en stonden met als middelpunt een meisje in een enorme hoepelrok en keken toe op de modeshow. Die draaide om een collectie vol min of meer bekende D&G-elementen.
Soepel en sensueel gesneden broeken, heftig gedecoreerde jasjes, klassieke wintermantels en extra ruime sweaters. En veel opvallende versiering, van geborduurde familiewapens allover in zilver tot plaatjes (fotografie of leuke karikaturen in stof) van families prominent op de borst.
Wollige Jil Sander
Jil Sander staat nu onder creatieve leiding van Rodolfo Paglialunga. Hij doet goed zijn best om ook de mannenmode in de oude traditie van huize Jil Sander met zijn visie vorm te geven.
Met hier en daar wat extra warme of prettig opvallende kleuren, veel behaaglijke wol, grote mantels en broeken die van boven ruim uitvielen door bandplooien. Het oogde zowel nieuw sportief als klassiek. Dus Paglialunga raakte de kern van de nieuwe mannenmode.
Corneliani varieert ruim
Veel, echt veel aantrekkelijke winterkleren, vooral goed geslaagde jassen en jasjes in rulle wol in draagbare duistere tinten, maar ook in helder grijs bij de Cornelinani-show.
Maar in de zoektocht naar nog meer variatie schoot het merk hier en daar uit de moderails met gebreide vesten met bontcapuchons en te brede, gebreide sjaalkragen op tweedjasjes. Net té bedacht en té ostentatief luxueus.
Ongevraagd advies: in de beperking herkent men ook de ware creatieve geest achter een luxe confectiemerk.
Calvin Klein wordt geremd
Calvin Klein is een voorloper als het aankomt op de combinatie van sportieve én klassieke kleren. De wet van de remmende voorsprong deed weer eens zijn werk: de nieuwe wintercollectie van Calvin Klein maakte nu een wat te gestroomlijnde, dus te gladde indruk.
Met teveel nieuwerwetse pakken in oude stijl. Zelfs met allerlei militaire uniform-inspiraties (veel zakken overal) bleef het geheel steken in al te keurige, grijze wollen outfits, die wel futuristisch leken, maar eigenlijk al veel vaker te zien zijn geweest bij dit merk.
Zo bleken ook de vele glimmende en goedkope lakbroeken niet nodig. De collectie is, ondanks de prachtige parka’s, nu teveel een uitgesproken statement dat juist net geen doorslag geeft. Dat wordt nog hard werken voor Calvin Klein als het merk eerdaags vanuit hoofdkantoor Amsterdam de wereld weer wil veroveren.
Prada in zwart parapluzijde
De uitnodiging voor de Prada-show was een zwart lapje in zware parapluzijde. Dat was ook het materiaal voor heel veel zwarte jasjes met verticale plooien die met zwarte broeken ‘broken suits‘ vormden.
Afgezien van een beetje camel en grijs was de Prada-collectie vooral een studie in zwart. Studie, omdat Prada met deze mode op zoek ging naar de overeenkomst en het verschil tussen man en vrouw.
Aldus het eerste persbericht dat Prada neerlegde in de nieuw vormgegeven showruimte, nu onderverdeeld in gemarmerde zaaltjes met industriële metalen vloer. De seksen- vergelijking was de reden om heel veel vrouwen naast de mannen te tonen. Opvallend verschil: de vrouwen droegen jurkjes, de mannen pakken, nou ja, pak-achtige combinaties. Dat stelde traditioneel gerust.
Het gehele Prada-beeld voor man en vrouw werd gedragen door schoenen met uitvergroot hoge sneaker/sportzool.