Modeweek Milaan: Prada maakt heerlijke snoepjes van haar vrouwen

'catwalkpictures.com'

Elseviers moderedacteur John de Greef blogt vanaf de Milanese catwalk, waar de grote merken hun najaarscollecties presenteerden.

Roze spekkies, blauwe marshmallows, mintgroene ijsbonbons. Daar deed de nieuwe najaarsmode van Prada aan denken. Om in te bijten.

Het bekijken van de optimistische show deed bijna besluiten om de tanden na afloop eens extra goed te poetsen. Zo gevaarlijk zoet was Prada’s futuristische én nostalgische aanbod.

Max Mara’s Mantels der liefde

De tweede dag van de modeweek in Milaan stond nog sterk in het teken van de Gucci-show op de eerste dag. Er waren veel nabeschouwingen over de spraakmakende modeshow van Milaan die ook in internationale kranten lange kolommen verdiende.

Waren de onschuldige Gucci-meisjes in hun doorkijkbloesjes of moeders bontjas nou goed of gevaarlijk voor het miljoenenmerk? De vraag bleef onbeantwoord. Dus, hup naar show één van dag twee: Max Mara.

Een beetje Marilyn Monroe, een tikkie nerdy (eigenwijze grote bril op de neus) en heel veel mooie en enkele minder mooie jassen elegant en behaaglijk dichtgetrokken om het wulpse lichaam. Dat was de duidelijke boodschap die de modellen uitdroegen bij de Max Mara-show.

Een aantrekkelijke presentatie van het merk dat een imperium werd door jaar in, jaar uit camelcoats te promoten. Soms wat sterker, soms wat minder.

Logisch, want hoe goed je ook bent als mantelmaker, je kunt als groot modemerk (en dat is Max Mara) onmogelijk elk seizoen het accent op de jas leggen.

Maar voor komend najaar bleek Max Mara zich zeer bewust van de eigen kracht en historie en liet de show draaien om jassen, plus wat lange rokken en jurken die de vrouwelijke vormen prettig accentueerden.

Even geen trendy frêle of te brave meisjes. Wel volwassen vrouwen in jassen. Max Mara-jassen vol variatie: langer, korter, dikker, dunner, in bont of in kasjmier. En ook even geen overheersend zwart, maar vooral een scala van lichte bruin- en blauwtinten.

Fendi staat bol

Als er weergoden bestaan, zijn er vast ook modegoden, bedacht de agnost. En dan is Karl Lagerfeld (81) zeker een van hen. Hij verricht als creatief leider wonderen en wonderbaarlijke werken op deze aarde voor het befaamde Chanel en voor het mode- en bonthuis Fendi.

En ook veel wonderlijke zaken, waarvan je je afvraagt hoe iemand ze durft uit te voeren of durft te dragen. Want naast mooi loopt lelijk. En dat getuigt van moed!

Voor het Romeinse Fendi, gepresenteerd in Milaan, ging Karl op de grafische en geometrische toer. Met opgeblazen volumes en strikte, hoekige vormgeving langs de tekenliniaal ontworpen.

Met veel bont, van kortharig veulen tot langharige vos. Maar ook met textiele materialen wist hij contrasten als extra lang of extra kort aan te scherpen in allerlei kleuren en stevige silhouetten. De Fendi-mode is daardoor opzienbarend veelzijdig, soms wat vreemd, maar ook speels en vol en bol van ideeën.

Hogan naast zijn schoenen

Kijk hier in Milaan in de metro, op het zebrapad of vanuit de taxi naar beneden en je ziet Hogan aan de voeten. Van snelle scooterboy tot kantoormeisje, ze dragen allen schoenen en sneakers met een grote H op de zijkant.

En die zijn lang niet allemaal even fraai. Dat laatste maakt niet uit voor de populariteit van het merk.

Het succes van het schoenlabel is groot en al enkele seizoenen wordt geprobeerd het uit te bouwen tot een totaalcollectie. Voor najaar 2015 is Hogan goed op weg om een veelzijdig modemerk te worden. Althans, dat demonstreerde de Hogan-show met veel grijs- en camelkleurige kleren.

Modieus, maar net niet te trendy vormgegeven. Ideaal voor scooter en kantoor.

Prada’s snoeppakket

Recenseren is een persoonlijke zaak. Dus eerst maar even de bekentenis dat ik in de jaren zestig hevig verliefd werd op een revolutionaire moderne stijl die te kort duurde in een wereld die werd beheerst door old-finished stoelen en ouderwetse, elegante regenjassen.

Nostalgie won te snel van het nieuwe. Sinds die tijd wordt ter inspiratie meer terug- dan vooruitgeblikt.

De strakke KLM-meubels van de fabelachtige Kho Liang Li (1927-1975), de ruimtevaartkleren van durfals als Cardin (92) en Courrèges (bijna 92) en de experimentele kleren (gesmeed in metaal) van Paco Rabanne (81) – ze zetten mij als jochie in vuur en vlam.

Een liefde voor werkelijk futurisme en moderne stijl die nooit gedoofd is, maar intussen wel is vermengd met een levendige voorkeur voor klassieke traditie en het wereldse exotisme dat ontwerpers als Dries Van Noten en Walter Van Beirendonck zo voortreffelijk in hun ontwerpen wisten te verwerken.

En daarna maakte ik ook nog kennis met de waardevolle en revolutionaire stijlopvattingen van Miuccia Prada.

Haar kijk op lelijk en mooi pakt misschien niet altijd even fraai uit, maar is voor iedereen van grote waarde. Haar invloed op onze esthetiek is en was (en blijft hopelijk) enorm.

Pas op voor het tandglazuur

Voor najaar 2015 haalde Prada allerlei referenties aan het futurisme van de jaren zestig aan. Zelfs het materiaal, een dikke textiele foam, deed denken aan het synthetische en ooit als zorgeloze, nieuwe stof bezongen Trevira2000.

In allerlei tandglazuur-aantastende snoepjeskleuren maakte ze broekpakken, jassen en jurkjes. Soms slank, soms wijd, soms wat eenvoudig, soms geraffineerd. Met veel handschoenen, tot over de elleboog, met decoratie en in superluxe struisvogelhuid en met vele handtassen in allerlei kleuren. Dame en meisje tegelijk.

Een prachtparade die zowel het ouderwetse futurisme uit de jaren zestig oppoetste als een bijna shockerende, optimistische kijk op de toekomst leverde.