Sinds Rutte-II stond het land er economisch niet zo slecht voor

10 juli 2024Leestijd: 2 minuten
Een medewerker van Rockwool in Roermond. Beeld: Roger Dohmen/HH/ANP

Nederland scoort steeds slechter op de ranglijst van meest concurrerende economieën van de IMD Business School.

Deze Zwitserse universiteit beoordeelt landen op economische prestaties zoals internationale handel en de arbeidsmarkt. Daarnaast brengt IMD de efficiëntie van de overheid, het bedrijfsleven en de infrastructuur in kaart.

In 2019 stond Nederland nog op de eerste plaats, maar sindsdien hollen de prestaties achteruit. De positie van dit jaar, negende op een totaal van 67 landen, is de slechtste prestatie sinds 2016, toen het kabinet-Rutte II regeerde.

Slecht belastingstelsel

Vooral het belastingstelsel moet het ontgelden: op dat punt staat Nederland 63ste. Dit is wellicht deels te verklaren door de slepende kwestie rondom het box 3-belastingregime, waarbij spaarders en beleggers jarenlang te veel belasting betaalden.

Die kwestie is voorlopig nog niet opgelost: vorige maand oordeelde de Hoge Raad dat de manier waarop de Belastingdienst het (fictief) rendement over dit vermogen berekent, nog steeds ‘discriminerend’ is ten opzichte van andere vermogenden.

Stagnerende productiviteit

Daarnaast kan de Nederlandse productiviteit stukken beter. De groei van het nationaal inkomen, een belangrijke indicator voor de welvaart in een land, stagneert. Nederland staat met een 51e plaats in de buurt van landen als Argentinië en Peru, die al enige tijd in economisch zwaar weer zitten.

Bovendien blijft Nederland qua groei ver achter op andere West-Europese landen. Liefst driekwart van de landen in de lijst maakte in het afgelopen jaar een sterkere groei door.

Ook in de categorie ‘overheidsefficiëntie’ schiet Nederland met een veertiende plaats tekort.

Rommelige wetgeving

IMD baseert zich voor de Nederlandse score op data van werkgeversorganisatie VNO-NCW. Het bijbehorende rapport noemt ‘rommelige wetgeving’ een van de grootste uitdagingen voor Nederland, al wordt niet toegelicht om welke wetgeving het gaat.

Daarnaast waarschuwt IMD voor ‘juridische obstakels’ voor infrastructuur en woningbouw. In de afgelopen jaren lagen veel projecten stil door stikstofproblematiek.

Ook het Nederlandse klimaatbeleid – of liever gezegd: het gebrek daaraan – kan op scherpe kritiek van IMD rekenen. Volgens de Zwitserse universiteit moet Nederland ‘bouwen aan nationale consensus’ over de maatregelen die nodig zijn om de doelstellingen van het Klimaatakkoord van Parijs te behalen.

Top dreigt uit zich te raken

De verschillen met toplanden als Singapore, Zwitserland en Denemarken zijn groot. Natuurlijk zijn er verschillen op het terrein van de belastingen, maar ook hun ‘binnenlandse economie’ – waarbij het functioneren van de economie van het land als geheel wordt beoordeeld – en hun overheidsfinanciën staan er beter voor.

Als er niets verandert, raakt de top in Nederland snel uit zicht.